Fund Award: Bond Euro •
Optimix EuroRente Fonds
Profiteren van een stijgende
lange rente
Met een aantrekkende
Amerikaanse en Europese
economie, zit het Optimix
EuroRente Fonds vooral
in kortlopende obligaties.
Klaar om te profiteren van een aanstaande
stijgende lange rente.
Herbert Vroon (foto) van het Optimix EuroRente
Fonds werd op het dieptepunt
van de financiële crisis, iets meer dan
vijf jaar geleden, fondsbeheerder van
dit obligatiefonds. “Beleggers waren
toen massaal op zoek naar veiligheid en
staatsobligaties boden zo’n veilige haven.”
Inmiddels is het fonds in omvang
wat kleiner geworden, zo´n 50 miljoen
euro beheerd vermogen anno 2014,
maar dat maakt voor het winnen van de
prijs niet uit. Met de Lipper Award die
het rentefonds heeft gekregen is hij heel
blij, vooral omdat het geen prijs is gebaseerd
op kortetermijnrendement, maar
op de middellangetermijn performance
van het fonds.
Het fonds heeft veel Nederlandse
staatsobligaties in de portefeuille.
Leveren die wel genoeg op?
“De Nederlandse staat is een prima debiteur
en geeft een aantrekkelijk rendement.
Aantrekkelijker dan Duitsland in
ieder geval. Veel beleggers denken dat
Duitsland het altijd beter doet, maar de
Duitsers hadden de afgelopen jaren te
kampen met problemen bij de kleinere
regionale banken, de Landesbanken.
Wij hebben daar niet goed genoeg zicht
op en weten daar te weinig van af, dus
Duitsland hebben we vooral links laten
liggen.”
Finland is nog zo’n euroland dat
beduidend meer rendement bood dan
onze oosterburen. “Finland zit ook in
onze benchmark en is dus een van de
opties geweest voor ons om in te beleggen. In die tijd, midden in de crisis was
Finland veruit een van de gezondste
eurolanden, dus toen hebben we dat
ook volop gedaan. De markt is niet zo liquide,
maar omdat wij een relatief klein
fonds zijn, kunnen we ons daar prima op
bewegen.”
Maar niet alleen de gezonde, noordelijke
Europese landen, ook de in de problemen
verkerende zuidelijke staten maken
deel uit van de portefeuille. Sinds
wanneer?
“Eind 2011 kochten we de eerste grote
positie in Italië. De timing was prima,
want een week later werd bekend dat
de ECB het Europese financiële systeem
zou gaan steunen met de LTRO-
maatregelen en daarmee was Italië ook
geholpen. Daar hebben we dus flink
aan verdiend en die positie is weer vrij
snel verkocht. Momenteel bezitten we
veel Spaanse staatsobligaties. Ook hier
was de beslissing van de ECB om indien
nodig en onder strenge voorwaarden
staatsobligaties op te kopen van landen
die in de problemen komen, gunstig
voor ons. We durfden het aan in Spanje
met kortlopende obligaties omdat ECB-voorman Mario Draghi gezegd heeft dat
hij obligaties met een looptijd tot drie
jaar dus op kan kopen als een land in de
problemen komt. Hierdoor hebben we
punten extra rendement gemaakt, zonder
extra risico te lopen.”
Wat betreft de ontwikkeling van de
lange rente, kom de visie van Vroon en
zijn team minder goed uit. “Wij verwachten
dat de lange rente zal stijgen
en per saldo is dat in 2013 wel gebeurd,
maar gemeten over twee tot drie jaar is
de rente lager in plaats van hoger.” Het
fonds is momenteel zo gepositioneerd
dat het optimaal kan profiteren van
een aantrekkende rente. “De economische
groei in Amerika trekt aan en daar
hoort een stijgende lange rente bij. Die
is nu gewoon te laag. Vanuit historisch
perspectief is er altijd een bepaald renteverschil
tussen de VS en Duitsland,
het toonaangevende Europese renteland.
Dat verschil is nu te groot, dus ik
verwacht dat de lange rente in Duitsland
ook op korte termijn zal stijgen om dat
gat wat in te lopen.”
Bij een stijgende rente dalen de rendementen
van obligaties juist. Vroon
en zijn team willen rendementsverlies
voorkomen door veel kortlopende obligaties
en obligaties met een variabele
coupon in portefeuille te nemen. Zo
kunnen zij snel inspelen op een hogere
rente. Als voorbeeld van een momenteel
goed renderende belegging noemt Vroon
de perpetual Aegon. “Een rendement
van 8% daarop is geen gek percentage.
Beleggers zien dat financials het beter
doen en deze partijen hebben momenteel
weinig obligaties uitstaan, dus de
vraag ernaar is groot.”
