Passief in de verdediging Mijn indexproducten doen het vooralsnog beter dan de actieve fondsen van Van Kleef. Zegt dat iets over ons? 18 december 2013 13:05 • Door Marcel Tak Vorige week besteedde IEXProfs hoofdredacteur Peter van Kleef aandacht aan de prestaties van de IEX Fonds 40 en de Index 20+. Als "beheerder" van de IEX Index 20+ vond ik het een feest zijn column te lezen. Onomwonden werd duidelijk gemaakt dat mijn passieve verzameling ETF's in 2013 beter scoort dan de actieve fondsen van Van Kleef. In ieder geval tot en met vandaag. Ik ben voorzichtig. Er valt pas wat te vieren als de laatste (handels)dag van het jaar is verstreken en de balans nog steeds positief is voor de passieve Index20+. Die grens van 31 december is natuurlijk ook maar willekeurig. Alsof je dan helemaal weer opnieuw zou moeten beginnen. De battle passief versus actief is nu twee jaar bezig. Als we de hele periode nemen kan mijn feeststemming voorlopig weer in de ijskast. Keuzes discutabelNaar aanleiding van de Van Kleef-column waren er wat lezersreacties. Zo werd gesteld dat de keuze van de ETF's voor discussie vatbaar is. Daarbij werd als voorbeeld gegeven de onvergelijkbaarheid tussen de twee actieve op Nederland gerichte fondsen (Add Value en Kempen Orange Fund) en de passieve Amundi ETF MSCI Netherlands. Deze ETF wijkt zoveel af van de Fonds40-selectie dat hier appels met peren worden vergeleken. Ik vind dit een interessant be(ver?)oordeling. Inderdaad wijkt de door mij geselecteerde ETF sterk af van de methode die beide fondsen hanteren om tot selectie van Nederlandse aandelen te komen. Maar dat maakt deze ETF juist uitermate geschikt voor Index20+. De gedachte is als volgt. Beide actieve fondsen maken de keus in Nederland te beleggen en besteden veel tijd aan research om een bepaald type aandelen eruit te vissen. De bedoeling is, in ieder geval op langere termijn, daarmee een bovengemiddeld rendement te behalen. Aan deze intensieve strategie zijn uiteraard relatief hoge kosten verbonden: voor Kempen Orange: 1,73% (2012, exclusief transactiekosten) voor Add Value: 2,19% (2012, exclusieve transactiekosten en eventuele performance fee) Om te beoordelen of deze researchinspanning succes heeft, is koppeling aan een brede bak met Nederlandse aandelen een logische keus. Tegen een kostenniveau van 0,25% (2012, exclusief transactiekosten) wordt met "mijn" ETF (indirect) in enkele tientallen grote Nederlandse aandelen belegd. Laat de actieve beheerder maar aantonen dat specifieke selectie en daarmee gepaard gaande hoge kosten tot meerwaarde leidt ten opzichte van een breed samengesteld mandje aandelen. Pro-argument voor passiefEen ander genoemd punt in de commentaren is dat het verschil in prestatie eerder iets zegt over Van Kleef (en Tak), dan over de vraag of actief beter scoort dan passief. Ook werd gesteld dat er andere actieve fondsen zijn die (achteraf!) beter presteerden dan de fondsen die in Fonds 40 zijn opgenomen. Dit is een merkwaardig "verwijt", want het is juist het kernargument vóór indexbeleggen, waarvan ik, niet alleen vanwege het resultaat over 2013, een steeds grotere aanhanger ben. Het pro-argument voor indexbeleggen is niet dat actieve fondsen nooit betere resultaten zullen behalen dan passieve fondsen. De stelling is dat op langere termijn gemiddeld actief beheer geen beter risico-rendementprestatie levert dan passief beheer. In het verlengde daarvan zal ook een beheerder niet in staat zijn stelselmatig de beste fondsen te selecteren en daarmee uitperformance te behalen. Freeriders?Tot slot wil ik als indexbelegger een korte reactie geven op een stuk verschenen op IEX.nl van Ward Kastrop en Floris Lambrechtsen. In de column wordt aangegeven dat indexbeleggers freeriders zijn. Passieve beleggers zouden profiteren van alle research dat actieve beleggers voor hen uitvoeren. De conclusie is dat indexbeleggers een premie zouden moeten betalen om toegang te krijgen tot de markt. Wat een buitengewoon slecht idee. In de eerste plaats: research is geen collectief goed. Het wordt uitgevoerd door partijen die menen zo een betere beleggingsprestatie te leveren. De resultaten van die research komen pas later ter beschikking aan de overige marktpartijen, nadat degene die de research heeft uitgevoerd zijn posities al dan niet heeft ingenomen. Het is juist in het voordeel van deze partijen dat andere (passieve) partijen volgen. Vanuit dat uitgangspunt zouden passieve belegger juist een premie moeten ontvangen als zij de markt betreden. Beide auteurs stellen dat in de (aandelen)koersen alle informatie is verwerkt, waarvoor betaald moet worden. Ook die gedachte is niet houdbaar. Weliswaar zit in de koersen, zoals de efficiënte markthypothese stelt, alle informatie verwerkt, maar het betreft zowel goede als slechte informatie. Als de informatie perfect zou zijn, is de volatiliteit op de financiële markten veel lager. De sterke koersbewegingen bewijzen elke dag weer: de markt heeft ongelijk. Dat wordt veroorzaakt omdat in de koersen zowel goede als slechte informatie is opgenomen. Het zou onzinnig zijn als passieve beleggers daaraan meebetalen. Zolang partijen de indruk hebben dat research voor hen tot outperformance leidt, zal beleggingsonderzoek blijven bestaan. Als zelfs de individuele partijen dat gevoel niet meer hebben, vermindert research vanzelf tot een nieuw lager evenwichtsniveau. Dat is geen ramp. Laat één ding duidelijk zijn. Rendement komen uiteindelijk niet tot stand door research, maar door de prestaties van onderliggende bedrijven. Voorlopig ga ik er vanuit dat 2014 weer een mooi passief jaar wordt en ben benieuwd hoe Fonds40 van Van Kleef zal zijn samengesteld. Eén ding is zeker. Vanuit mijn luie stoel zal ik mijn ETF'jes het werk laten doen. Dat rendement heb ik in ieder geval al binnen. Marcel Tak is zelfstandig beleggingsadviseur en oprichter/beheerder van het Bufferfund. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
J. Safra Sarasin Sustainable Asset Management 18 apr "Reshoring biedt mooie kansen voor groene beleggers" Volgens fondsmanager Daniel Lurch van het JSS Sustainable Equity Green Planet fonds van J. Safra Sarasin profiteren met name de duurzaamste bedrijven van de huidige herschikking van de wereldwijde productieketen. Welke dat zijn?
Impactbeleggen 11 apr “Het is fijn om goed te doen” Ook buiten Nederland is impactbeleggen ontdekt. Het Schotse Baillie Gifford bijvoorbeeld lanceerde in 2017 het Positive Change Fund. Vlak voor Pasen was Rosie Rankin, medeverantwoordelijk voor dit fonds, over in Amsterdam voor de tweedaagse Impact Europe Summit in de Beurs van Berlage. Rob Stallinga sprak met haar.
Impactbeleggen 03 apr "Impactbeleggers staan aan de goede kant van de geschiedenis" Hadewych Kuiper, directeur beleggingen bij Triodos IM, is niet onder de indruk van alle berichten dat duurzaam beleggen het beste heeft gehad. "Zo ziet tegenwerking van vooruitgang eruit."
Impactbeleggen 30 jan JSS Green Planet Fund: Kansrijk beleggen in een groene toekomst Beleggen in de toekomst is volgens S. Safra Sarasin beleggen in de groene transitie. Lees meer over het JSS Sustainable Equity Green Planet Fund, dat in de laatste drie jaar niet alleen hard is gegroeid maar ook sterk heeft gepresteerd.
ESG 17 jan ESG is dood, lang leve ESG 2.0! Matt Christensen, hoofd duurzaam en impact beleggen bij Allianz Global Investors, schetst de vijf belangrijkste duurzaamheidsthema's van 2024. Politieke verdeeldheid dreigt het grootste struikelblok te worden.
ESG 01 nov Biodiversiteitsverlies, het megarisico dat slechts enkelen zien Het verlies van biodiversiteit is volgens De Nederlandsche Bank (DNB) een groot risico voor de financiële stabiliteit. Cardano heeft een methode ontwikkeld om dit verlies te meten en zo de beleggingsrisico’s in kaart te brengen. IEXProfs sprak met Dennis van der Putten, Chief Sustainability Officer bij Cardano.