Zo voorkom je bloed aan de muur Beleggers zijn op zoek naar aandelenexposure zonder het traditionele aandelenrisico. Dat kan, zegt John McLaughlin. 19 november 2013 15:15 • Door Peter van Kleef “Houston, we have a problem…” Langzaam begint het tot steeds meer beleggers door te dringen dat er weinig alternatieven zijn dan toch maar in aandelen te stappen. In elk geval voor beleggers die gehecht zijn aan een rendement dat de inflatie overtreft. Aandelen genereren dat rendement nog wel, maar nemen natuurlijk ook meer risico met zich mee. De zoektocht naar de heilige graal is dan ook het zoeken naar aandelenexposure zonder de traditionele aandelenrisico’s. Voilà, daar hebt u meteen de verklaring van de bakken met geld die de afgelopen maanden naar dividendfondsen en lowvol-ETF’s werden gekruiwagend. Het zegt misschien wel genoeg dat na tweeënhalve dag Londen, bij de International Media Conference 2013 van Schroders, niet de macro-economische vergezichten van gelauwerde denkers, niet het aandelen-obligatiedebat en ook niet de Europa-of-toch-maar-opkomende markten-discussies het meest op mijn netvlies zijn blijven staan. “You must be a nerdy guy”. John McLaughlin, hoofd Portfolio Solutions bij Schroders, bedoelde het als een compliment, gelukkig. “So am I.” De Ierse fondsbeheerder had net zijn presentatie over volatility cap afgerond, en ik bleek één van de weinige aanwezige journalisten die duidelijk meer dan gemiddelde interesse aan de dag legde voor dit kennelijk te saaie of te gecompliceerde thema. Bloed aan de muurDe kern van het probleem waar we als beleggers die door de financiële repressie richting de aandelenmarkten geduwd worden mee kampen, is makkelijk in één plaatje te vangen. Het zijn die vreselijk afschuwelijke, nare drawdowns. Je komt die griezels niet vaak tegen, maar als ze je onder de voet lopen – zo eens in de tien of twintig jaar – kost het tijd om weer op te krabbelen. Te veel tijd, als je niet al te ver voor je pensioen zit. McLaughlin, met die typische Britse onderkoelde humor: “Oorspronkelijk had ik deze grafiek in rood in plaats van blauw. Maar dat leek te veel op bloed dat van de muur naar beneden droop.” Bloedrood had het beeld wel recht gedaan. Maar goed, aandelen hebben een stevig drawdown-risico en de oude manieren om risico’s te beperken, bleken niet altijd te werken. Spreiding hielp niet, omdat in de aftermath van de val van Lehman de correlaties naar 1 gierden. Volgens McLaughlin is er echter binnen het aandelenspeelveld een prima oplossing voorhanden, de volatility cap. Het gaat er hierbij niet om de minst volatiele aandelen te selecteren, volgens welke maatstaf en rekentruc dan ook (zoals bij low volatility of minimum variance). Waar het wel om gaat is het systematisch terugbrengen van de aandelenexposure ten gunste van cash zodra de volatiliteit oploopt. Zodra de volatiliteit hoger is dan 15%, wordt de aandelenexposure afgebouwd. En ook het verdere proces is vooraf in staffelvorm vastgelegd. Daalt de volatiliteit weer, dan wordt de aandelenexposure weer opgebouwd. Feitelijk is er geen sprake van een op- en afbouwen van cash want dat zou te veel transactiekosten met zich meebrengen, maar het hedgen van een deel van de aandelenblootstelling. Dat leidt tot een veel lagere volatiliteit. Soms tot lagere rendementen, want volatiliteit is niet gelijk aan beursdalingen. Maar het leidt vooral tot minder grote verliezen in slechte beursjaren. In alle ‘crashjaren’ deed de gecapte index het beter dan de gewone aandelenindex, hoewel ‘minder slecht’ de lading beter dekt. Maar dat is precies wat je als belegger verwacht van een strategie als deze. Enige uitzondering was 1966 toen de volatility-strategie marginaal achterbleef. Maar dat was sowieso een raar jaar, volgens McLaughlin. “Engeland won het wereldkampioenschap voetbal, dat jaar.” McLaughlin onderscheidt vier soorten markten, waarbij de volatility cap-strategie over de cyclus daarvan beter presteert dan de gewone aandelenmarkt. Dat leidt niet alleen tot een betere overall performance, maar vooral tot een beter risico-rendementsprofiel. Vanaf linksboven met de klok mee zijn dat: stabiele, stijgende markten volatiele, stijgende markten volatiele, dalende markten stabiele, dalende markten Op het eerste gezicht lijkt het probleem rechtsboven te zitten, waar de markten volatiel zijn en stijgen en hard weglopen van de volautomatische defensieve strategie, die door de hoge volatiliteit zijn aandelenweging heeft afgekapt. Maar niets is minder waar. Je kunt rechtsboven (vanaf de 2009-bodem) niet los zien van rechtsonder (Lehman & Co), dat er namelijk chronologisch direct aan vooraf ging. Het verlies rechtsboven is slechts een smetje op de winst rechtsonder. De echte pijn zit elders. Namelijk linksonder. In dat scenario, zeg maar de sluipcrash, blijft de strategie achter. Verklaarbaar, want de aandelenmarkten zakken weg, zonder dat de volatiliteitsbegrenzing wordt getriggered. “De score is niet slecht”, stelt McLaughlin, maar u voelt ‘m al aankomen, “vier uit vier is nog beter.” Maar voor elk probleem is een maatwerkoplossing. McLaughlin en zijn team hebben voor de sluipcrashmarkt een extra remmechanisme ingebouwd. Als de markten wegzakken, zonder dat de volatiliteit zo hoog is dat de airbag uit het dashboard komt zetten, dan kan de absolute daling van de markt alsnog het afbouwen van de aandelenexposure in gang zetten. U ziet dat de oranje bar bell van de rechtergrafiek plotseling een stuk fraaier is geworden, bijna zonder linkerschouder. Levert dit licht getweakte volautomatische afweergeschut nu ook een beter rendement (en risico-rendementverhouding) op, in vergelijking met de gangbare minimum variance (of lowvol-) fondsen? Volgens McLaughlin wel. Zijn strategie lijkt een prima idee voor behoedzame beleggers die zich gedwongen voelen in 2014 meer in aandelen te investeren. En dan maar hopen dat Engeland geen wereldkampioen wordt, komende zomer. Peter van Kleef was tot en met 2014 hoofdredacteur van IEXProfs. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 17 mei Obligaties van buiten de VS favoriet bij Pimco Pimco heeft een voorkeur voor Westerse obligaties buiten de VS en voor Amerikaanse largecaps met een sterke balans. De Magnificent Seven krijgen wel steeds meer concurrentie van de 493 andere S&P 500-bedrijven. Andere opvallende adviezen in de nieuwste outlook van Pimco?
Opinie 08 mei Zeer grote kans kans dat alles over 10 jaar hoger staat Beursblogger Ben Carlson kijkt bij zijn beleggingen altijd in de achteruitkijkspiegel. Op basis daarvan kun je er met grote zekerheid vanuit gaan dat de beurs over 10 jaar hoger staat, net als huizenprijzen, het algemene prijsniveau en het bbp.
Assetallocatie 07 mei Optimix gaat keihard tegen de markt in Volgens Optimix zijn de overeenkomsten tussen de internethype van begin 2000 en de huidige hype zo groot, dat de vermogensbeheerder tegen de markt ingaat. Aandelen zijn verkocht en met de opbrengst zijn inflation linked obligaties gekocht, grondstoffenposities ingenomen en is een deel cash gehouden.
aandelen 02 mei Aandelen doen het op de lange termijn altijd beter Beursblogger Jonathan Clements geeft 5 goede redenen om op de lange termijn altijd te vertrouwen op de veerkracht van aandelen.
Assetallocatie 02 mei Ook zonder renteverlaging zijn aandelen de beste keuze Evan Brown, hoofd multi-asset bij UBS AM, blijft positief over aandelen, ook als de inflatie hardnekkig hoog blijft en de beloofde renteverlagingen van de Fed er dit jaar niet gaan komen. "Dat er minder rekening wordt gehouden met renteverlagingen heeft meer te maken met de sterke economische groei dan met de hardnekkig hoge inflatie."
Assetallocatie 22 apr Janus Henderson kiest voor cyclisch Europa Janus Henderson Investors kiest voor smallcaps en Europese aandelen. Volgens de Brits-Amerikaanse vermogensbeheerder houden beleggers te weinig rekening met een groeivertraging in de VS veroorzaakt door een langer hoog blijvende rente.