Jack van Gelder: "Je leeft!"
Guus Hiddink (onderkoeld): "Nou, ik ben nog nooit echt dood geweest, hoor."
Actief beheer mag dan nog niet dood zijn, het is wel al meerdere malen ten grave gedragen door de Passive Pundits van deze wereld. En die stelling wordt gestaafd met cijfers (ik zeg bewust cijfers, niet feiten). En met fraaie grafiekjes, zoals deze:

Actieve fondsen slagen er niet in de index te verslaan, want de kosten zijn te hoog, stockpicking is te lastig, markttiming onmogelijk, cashposities drukken het rendement, enzovoorts. U kunt het riedeltje in uw slaap opdreunen alsof het de tafel van vier is. En daar komt nog bij dat het vor beleggers onmogelijk te voorspellen is wie die paar geluksvogels onder die duizenden fondsen zijn die de index wel verslaan.
Dit soort grafiekjes doen het goed, natuurlijk. Ze gaan al snel viral op social media, ze twitteren lekker weg tenslotte en geven de gemiddelde retweeter een statusverhogende epo-injectie. En geef toe, we kwaken elkaar graag nou, ook het gros van de financieel journalisten die nooit verder zijn gekomen dan een LOI-thuisstudie 'Het Betere Knip & Plakwerk'.
En ja, het scheelt een hoop nadenkwerk. Of erger nog, (desk) research.
Cijfers passen niet
Vorige week was ik in Londen op bezoek bij Schroders en daar verkondigden ze dat 80% van hun beleggingsfondsen hun benchmarkt verlsoeg in 2014. Tachtig procent. En Schroders, da's geen kleintje. Dat zijn veel fondsen, met een paar honderd miljard euro onder beheer. En ik heb min of meer vergelijkbare cijfers bij andere grote asset managers gehoord.
Ergens klopt er iets niet. De cijfers lijken niet te passen, niet bij het bovenstaande grafiekje. Het kan natuurlijk zijn dat ik alleen aan schuif (mag schuiven) bij fondshuizen die het belachelijk goed doen. In dat geval doet u er verstandig aan mijn wegen nauwlettend in de smiezen te houden. Of mijn agenda te hacken.
Maar er zijn meer voor de hand liggende verklaringen die het bovenstaande plaatje van wat broodnodige nuance moeten voorzien. Ik noem er een paar.
- Over het algemeen beperken dit soort grafieken zich tot de Amerikaanse aandelenmarkt. Omdat daar nu eenmaal meer en sneller cijfers van bekend zijn. En omdat de onderzoekers vaak Amerikaans zijn. Die markt is extreem liquide en daardoor moeilijker te verslaan dan het gros van de andere aandelenmarkten.
- De cijfers zijn ongewogen. Elk fonds telt voor 1. Dat geldt voor indexhuggers, voor éénpitters en voor de miljardenfondsen met een eigen researchapparaat. Van die laatste heb je er het minst.Het zo zomaar kunnen dat (ik roep maar wat) 80% van het belegd vermogen wel outperformance haalt. Hoeft niet. kan. Het plaatje zegt daar in elk geval niks over.
- Het percentage van passieve fondsen dat de index na aftrek van kosten verslaat is nog veel lager. Zo rond <1%, gok ik, maar daar zie je zelden grafieken van.
- Alle fondsen worden afgezet tegen een standaard benchmark, bijvoorbeeld de Russell Index of S&P-500. In veel gevallen hanteert een fonds zelf een andere benchmark en niet zelden met goede redenen.
- In de regel gaan dit soort onderzoeken alleen over aandelenfondsen. Grosso modo ligt het percentage outperformers in bijvoorbeeld vastrentend hoger.
Simplicatiedrang
En zo zijn er nog wel wat kanttekeningen te maken, voor wie eventjes voorbij het plaatje durft te kijken. Het gaat me er hier niet om, om een kant te kiezen. Maar om duidelijk te maken dat complexe materie niet in 140 lettertekens te vangen is en vaak ook niet in een (gesimplificeerd) grafiekje. Dat zijn plaatjes die in sommige gevallen meer zeggen dan 1.000 leugens.
Ik geloof in actief, al denk ik dat een groot deel van de 'actieve' fondsen kan en zal verdwijnen. Ik geloof ook in passief, niet per se in de eerste generatie ETF's maar zeker in de ETF's op nieuwe en slimmere indices. En ik geloof iet dat één van de twee van het toneel gaat verdwijnen. Ik geloof niet in polarisatie die niet zelden leidt tot een onheilzame simplificatiedrang.
Dat actief regelmatig ten grave gedragen wordt is op z'n minst gezegd voorbarig, als je bedenkt dat de Nederlandse particulier minder dan 3% van zijn portefeuille in passieve beleggingen steekt. Ook dat zijn weer cijfers die niet passen. Innovatie, ja. Evolutie, ja. Natuurlijke selectie, ja. Opschudden van het aanbod, ja. Verschuiving van het aanbod, ja. Verschuiving van marktaandeel, ja.
Maar ja, probeer dat maar eens te vangen in één plaatje. In 140 tekens. Of in een YouTube-filmpje. "You need a monster to make money!"