Een bedrijf met een historie van meer dan 180 jaar kun je moeilijk als nieuwkomer betitelen, maar toch presenteert J. Safra Sarasin Sustainable Asset Management zich als zodanig in de Nederlandse asset management-markt.
De Zwitserse vermogensbeheerder – met roots die terugvoeren tot Aleppo, Syrië – is in het Nederlandse beleggingslandschap zeker geen ingeburgerde naam. Althans, buiten de wereld van private banking voor grote vermogens, want die doelgroep bedient J. Safra Sarasin al sinds 2018 met een team in Amsterdam.
Een aantal jaren geleden besloot de vermogensbeheerder om het institutionele asset management, waarmee het al actief was in Zwitserland, duitstalig Europa en het Verenigd Koninkrijk, ook elders in Europa actief aan te gaan bieden. Inmiddels is deze tak goed voor CHF 56 miljard van de in totaal CHF 225 miljard belegd vermogen van J. Safra Sarasin.
Moeilijke markt
“Onze klantportefeuilles werden altijd samengesteld op basis van open architecture,” zegt Laurent Misonne, head of wholesale & institutional sales. “Maar met eigen fondsen kun je voor kwalititatieve verdieping zorgen. Het wordt dan bijvoorbeeld makkelijker om even een gesprek met een portfolio manager te regelen voor een klant die vragen heeft. Dat verhoogt de betrokkenheid.”
“We streven er trouwens absoluut niet naar om voor 100% eigen producten te gaan verkopen. Dat kan ook helemaal niet voor een bedrijf van onze omvang. Als we het aandeel eigen fondsen langzaam kunnen opvoeren is dat al heel goed."
Met de nieuwe asset management-tak wil J. Safra Sarasin nu ook de Nederlandse professionele markt gaan bedienen, zegt Misonne. “Nederland is een hele grote markt, met €2,1 biljoen belegd vermogen, maar het is ook een moeilijke markt."
“Nederland is een hele grote markt, maar ook een moeilijke markt"
"Dat vermogen is voor 90% institutioneel en daarvan zit weer zo’n 80% bij de Top-20 pensioenfondsen. Wij hebben niet de omvang om aan tafel te zitten bij die Top-20, dus daar richt ik me ook niet op. Wat voor Safra Sarasin wel interessant is, is de laag daaronder, de tier-2 pensioenfondsen, de wealth managers, de banken en de family offices.”
30 jaar duurzame ervaring
De logische vraag is dan wat Safra Sarasin precies toe te voegen heeft in een stevig beconcurreerde markt. Hoe uniek is het fondsaanbod? “Ik zou het wat arrogant vinden om onszelf uniek te noemen,” zegt Misonne. “Maar wij hebben zeker iets toe te voegen, zeker op het gebied van duurzaamheid. Nederland ligt, samen met de Nordics, qua duurzaamheid zeker tien jaar voor op de rest van Europa, maar bij Safra Sarasin hebben we inmiddels al 30 jaar ervaring met duurzaam beleggen.”
In een tijd waarin beleggers in snel tempo kritischer worden op ESG-criteria en de wijze waarop die wordt ingevuld door fondsbeheerders, ziet Misonne dan ook kansen.“Je komt tegenwoordig echt niet meer weg met slechte ESG. Voor de meeste klanten zijn twee criteria het belangrijkst: het rendement uiteraard, en hoe je ESG-criteria invult."
Proxy voting
"Op dit moment zijn beleggers erg gevoelig voor zaken als greenwashing, dus je moet ècht kunnen laten zien hoe je impact creëert en hoe je de duurzame doelstellingen concreet invult. Proxy-voting is nu bijvoorbeeld heel belangrijk. Dat doen wij al jaren veelvuldig en actief.”
Misonne staat niettemin voor een flinke uitdaging: met een relatief onbekende naam doordringen in de fel bevochten Nederlandse markt voor asset managers. Heeft hij een doel? “Ik zou graag willen groeien naar een positie waar J. Safra Sarasin Sustainable Asset Management een ‘preferred partner' wordt in Nederland op het gebied van duurzaamheid."
Een termijn waarbinnen dat moet lukken heeft hij niet meegekregen. "Dit is een echt familiebedrijf, dat beslissingen neemt voor de langere termijn. Als we besluiten een markt in te gaan dan doen we dat met een lange adem.”