Chinese beursval lokaal probleem De dwarse visie op China van BNP Paribas’ Chi Lo 30 juli 2015 11:00 • Door Joost Ramaer Hoofdschuddend heeft Chi Lo het de afgelopen weken aangezien, het tumult in de Westerse media over de vrije val van Chinese aandelen. Laat je niet gek maken, houdt de Senior Economist Greater China van BNP Paribas Investment Partners ons al een paar jaar voor vanuit zijn standplaats Hongkong. De correlatie tussen Westerse en Chinese beurzen is te gering voor een wereldwijd uitslaande veenbrand. Chi heeft maar één echte zorg: de richting van de wisselkoers van de renminbi. ‘De uitstroom van kapitaal uit China is het laatste jaar toegenomen,’ mailt hij in antwoord op vragen van IEXProfs. ‘Als die uitstroom groter wordt dan het Chinese basisoverschot – het overschot op de lopende rekening plus de netto directe buitenlandse investeringen – ,dan komt de renminbi onder permanente druk te staan.’ En Chi voorspelt al sinds begin 2014 dat de Chinese munt juist sterker zal worden. ‘Ik ga hem de komende maanden op de voet volgen.’ De yuan of renminbi is de lakmoesproef van Chi’s contraire visie op China, die hij al in 2014 uiteenzette. De kern van zijn betoog: China is geen wildwest-economie, wat de kleurrijke beelden van de beurscrash ook mogen suggereren. Chi is ervan overtuigd dat de Chinese overheid aanstuurt op een geleidelijke, gecontroleerde liberalisering, vooral van de kapitaalmarkt. Een sterke renminbi is daarbij onmisbaar. Mysterie China Dat de Chinese koerscrash overslaat naar Westerse beurzen, acht hij uitgesloten. ‘Het effect op de wereldeconomie zal minimaal zijn, omdat ik ook geen wezenlijke schade zie voor de Chinese economie.’ Het werkelijke gevaar van de crash is dat de Chinese autoriteiten koude voeten krijgen, en hun beleid gaan vertragen of zelfs afzwakken. Hun interventies tegen de beurskrach – handel stilleggen, geforceerde steunaankopen – wezen al in die richting. ‘De beurssage onthulde Beijing’s oude neiging tot micromanagement,’ schreef Chi een week geleden. ‘Dat zaaide twijfels over zijn bereidheid de markten hun gang te laten gaan, en dus ook over de geloofwaardigheid van de hervorming.’ Wij westerlingen zijn verslaafd aan het mysterie-China – aan de clichés over de ondoorgrondelijke Oosterse glimlach, de Oosterse ondoorgrondelijkheid überhaupt eigenlijk. Onze paniek over de koersval in Shanghai en Shenzhen wordt mede gevoed door ons wantrouwen ten opzichte van de officiële cijfers over de Chinese economie. Zoals in dit verhaal, dat overigens ook de groei van de kapitaalvlucht signaleert. Wel betrouwbare cijfers Chi haalt, wederom, zijn schouders op. ‘China is een opkomende economie als alle andere, inclusief de rafelrandjes,’ zegt hij. ‘Maar als je beweert dat de data niet deugen, moet je met bewijzen komen. Ik heb niet de indruk dat China er substantieel slechter voorstaat dan de officiële data doen geloven.’ Ook al heeft de Chinese groeiparel zijn glans verloren, die data tonen vooral alleszins beheersbare financiële en economische problemen. Chi onderbouwt zijn visie met een stortvloed aan cijfers – van hemzelf, uit China en van gezaghebbende instituten zoals de Financial Stability Board. Kampioen schaduwbankieren is Europa, aldus de FSB: 170 procent van het bbp, tegen 45 procent in China. Hoge schulden? Gemeten in procenten van het bbp zijn de publieke, private en bedrijfsschulden in China lager dan die in de VS. Slechts 12 procent van het vermogen van Chinese huishoudens is belegd in aandelen en shadow banking producten. ‘ Geen harde landing De markt in A-aandelen staat nog steeds 120 procent hoger dan in juni vorig jaar, zelfs na de koersval van 32 procent in juni en juli.’ Het is niet de Chinese beurs waar de rest van de wereld last van krijgt, maar de handel – en dan nog alleen als China de gevreesde ‘harde landing’ maakt, die Chi niet ziet gebeuren. ‘Hoe meer een land exporteert voor de binnenlandse Chinese markt, hoe groter de schade,’ zegt hij (zie grafiek). ‘Zoals je kunt zien zouden Europa en de VS nauwelijks lijden, omdat hun export minimaal afhankelijk is van de binnenlandse vraag in China. Joost Ramaer is freelance journalist en schrijver van het boek De Geldpers – De teloorgang van het mediaconcern PCM (Prometheus, 2009). Over beleggen schreef hij eerder een wekelijkse column in NRC Handelsblad (2011-2013). De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
aandelen 02 mei Aandelen doen het op de lange termijn altijd beter Beursblogger Jonathan Clements geeft 5 goede redenen om op de lange termijn altijd te vertrouwen op de veerkracht van aandelen.
Assetallocatie 02 mei Ook zonder renteverlaging zijn aandelen de beste keuze Evan Brown, hoofd multi-asset bij UBS AM, blijft positief over aandelen, ook als de inflatie hardnekkig hoog blijft en de beloofde renteverlagingen van de Fed er dit jaar niet gaan komen. "Dat er minder rekening wordt gehouden met renteverlagingen heeft meer te maken met de sterke economische groei dan met de hardnekkig hoge inflatie."
Assetallocatie 22 apr Janus Henderson kiest voor cyclisch Europa Janus Henderson Investors kiest voor smallcaps en Europese aandelen. Volgens de Brits-Amerikaanse vermogensbeheerder houden beleggers te weinig rekening met een groeivertraging in de VS veroorzaakt door een langer hoog blijvende rente.
Opinie 18 apr Yes! Wereldwijde groei versnelt In 2023 presteerde de Amerikaanse economie beter dan de meeste andere regio's in de wereld. Ook in 2024 gaat het de VS voor de wind, waarbij Grace Peters van J.P. Morgan Private Bank verwacht dat de economische groei in de rest van de wereld nu ook in een hogere versnelling gaat.
Assetallocatie 18 apr Van Lanschot Kempen koopt niet langer Japanse aandelen Van Lanschot Kempen is afgestapt van zijn overwogen-positie in Japanse aandelen. De bedrijfswinsten ontwikkelen zich nog steeds goed, maar de waarderingen beginnen flink op te lopen.
Assetallocatie 17 apr Cashberg langs de lijn gaat nergens naartoe Gerben Lagerwaard van State Street Global Advisors gelooft er niets van dat de gigantische hoeveelheid geld die nu in geldmarktfondsen is geparkeerd binnen afzienbare tijd naar de aandelenmarkt wordt gealloceerd.