Gendergelijkheid is in de vermogensindustrie nog altijd ver te zoeken. Van de 17.554 fondsbeheerders in de wereldwijde database van Citywire is momenteel slechts 12% een vrouw. Dat is maar een fractie meer dan in 2021, en een luttele 1,7% meer dan in 2016. Van grote vooruitgang is dus geen sprake, zo blijkt uit het Alpha Female Report 2022.
Het beeld wordt er niet beter op als er alleen gekeken wordt naar wie hoofdverantwoordelijk is bij fondsen. Ook dan blijven vrouwen ver achter. 1508 vrouwen hebben de leiding over een fonds, tegenover 12.659 mannen. Dat is iets meer dan 10%.
Vooruitgang 2021 was eenmalig
“Het Alpha Female rapport van 2021 wekte nog de indruk dat er licht aan het einde van de tunnel was, maar het rapport van dit jaar laat zien dat dit een illusie was”, zegt een van de auteurs, Nisha Long.
In 2021 was er een zeldzaam sprongetje in de datareeks. Het percentage vrouwen nam toen toe van 11% naar 11,8%. “De vooruitgang richting gendergelijkheid is met piepende remmen tot stilstand gekomen”, concludeert Long. Er is vooralsnog weinig terechtgekomen van de goede voornemens van vermogensbeheerders om toe te werken naar een verhouding van 50-50.
Minder AuM
De achterstandspositie van vrouwen komt ook tot uitdrukking als er gekeken wordt naar het beheerd vermogen. Vrouwen krijgen volgens het rapport namelijk slechts zelden de directie over de vlaggenschepen van vermogensbeheerders. Nee, ze moeten het meestal doen met niche-producten.
"Vrouwen moeten het meestal doen met nicheproducten"
Denk bijvoorbeeld aan gespecialiseerde fondsen in biotech of emerging markets. Dat zijn ook de fondsen die de laatste 12 maanden relatief veel uitstroom hadden vanwege de flight-to-safety.
Een goed voorbeeld zijn volgens Long China-fondsen die een heel hoog percentage vrouwelijke managers hebben van 32%. “We weten allemaal dat China een lastig jaar achter de rug heeft. Dat geldt ook voor de vrouwelijke fondsmanagers.”
"Vrouwelijke fondsmanagers hebben een lastig jaar achter de rug"
Fondsen wel iets groter
De gemiddelde portefeuille van vrouwelijke managers is de laatste jaren wel gegroeid. Voor dit jaar komt Citywire op een omvang van gemiddeld 415 miljoen euro. Bij mannen is dat 661 miljoen euro. In 2016 was de verhouding 506 miljoen euro bij door mannen geleide fondsen en 254 miljoen bij vrouwen.
Het feit dat vrouwen vaak actief zijn voor nichefondsen wil overigens niet zeggen dat ze betere kansen maken bij nieuwe fondsen.
Het tegendeel is waar. Ook hier geldt weer dat mannen vaak als eerste mogen proberen om van een nieuw fonds een succes te maken. Uit de statistieken blijkt dat er de laatste 12 maanden 562 nieuwe fondsen zijn gelanceerd. Bij 9 van de 10 fondsen werd een man aangewezen als leadmanager.
"Als bedrijven gendergelijkheid serieus zouden nemen, dan zou je juist hier een betere verhouding mogen verwachten", zegt Long.
Nederland bungelt onderaan
Voor wie denkt dat de situatie in Nederland beter is, komt bedrogen uit. In Nederland is het percentage vrouwelijke fondsmanagers met 7% nog lager dan het gemiddelde. Van de door Citywire bekeken landen doen alleen Duitsland, India en Nieuw-Zeeland het slechter.
De toplanden in Europa zijn Portugal (32%), Spanje (21%), Italië (22%) en Frankrijk (18%). De VS zit met een vrouwenquote van 11% ook laag.
Rendementen
Qua resultaten zitten vrouwen en mannen niet ver uit elkaar. Citywire heeft de rendementen op een rij gezet van fondsen geleid door één man, één vrouw, een team van vrouwen, een team van mannen en een gemixt team.
Het beeld dat hieruit naar voren komt, is dat teams het in ieder geval beter doen dan fondsen die door een enkel persoon worden geleid.
De allerbeste rendementen werden gehaald door mannenteams en gemixte teams. De mixed teams hebben de laatste 3 en 5 jaar weliswaar iets lagere rendementen gehaald dan de mannenteams, maar ze namen ook minder risico, wat voor veel beleggers een belangrijk voordeel is.
Het succes van gemixte teams verklaart misschien ook waarom hun belang groeit. In 2016 had 6,7% van de fondsen een team van vrowen en mannen. In 2022 is dat opgelopen tot 12%. De verwachting is dat dit verder zal stijgen, ook omdat beleggers hier nadrukkelijk om vragen.