Chapeau voor de ECB De ECB laat zich niet afleiden door de problemen bij banken. Het verhoogt de rente met twee kwartjes, maar heeft de wijsheid niet in pacht, aldus monetair econoom Edin Mujagic. 17 maart 2023 10:50 • Door Edin Mujagic “Wij weten het niet.” Het is een zin die centrale bankiers haast nooit gebruiken, wellicht bang dat dat voor onzekerheid op de financiële markten kan leiden. Maar soms is dat simpelweg het enige juiste wat ze kunnen zeggen en die nederigheid kan ook geruststellend werken. Tijdens de persconferentie na afloop van de bestuursvergadering van de ECB gisteren, was de uitspraak "wij weten het niet" de rode draad. Het was daarom één van de beste persconferenties in een lange tijd. De uiteenzetting in de perszaal begon al steengoed, met de zin: "De verwachting is dat de inflatie te lang te hoog zal blijven." Niet afleiden Dat is niet alleen feitelijk juist, maar de reden dat ik het over een steengoed begin heb, is dat de ECB meteen duidelijk liet zien dat de bank zich niet laat afleiden door de recente gebeurtenissen in de VS en problemen rondom Credit Suisse. De vrees bestond dat de ECB door die ontwikkelingen ervoor zou kiezen de rente niet of minder te verhogen, terwijl de inflatie in de eurozone nog steeds veel te hoog is. Dan is zelfs 3% rente eerder te laag dan passend, laat staan als de bank gisteren ervoor had gekozen het belangrijkste tarief in de eurozone met 25 basispunten te verhogen. Het werd dus 50 basispunten, de verwachting die er was voordat de Amerikaanse SVB bank zou omvallen en beleidsmakers in Washington alle deposito’s zonder limiet zouden garanderen. Loskoppelen Die problemen zorgden ervoor dat de gedachten van beleggers terug gingen naar 2008; ook toen begon de ellende met problemen in de bankensector. Het is echter goed te memoreren dat er nogal wat belangrijke verschillen bestaan op dat terrein anno 2023 en destijds. Zo zijn onder meer de banken uit de eurozone veel beter bestand tegen schokken, dankzij hogere buffers, die op zijn beurt het gevolg zijn van het feit dat beleidsmakers hebben geleerd van 2008. Het was zeer terecht dat Christine Lagarde, president van de ECB, daarop wees. De ECB heeft daarmee zichzelf in staat gesteld het rentebeleid los te koppelen van de zorgen die er zouden kunnen bestaan over financiële stabiliteit. Alles voor te zeggen De bank gaf ook duidelijk aan verschillende instrumenten te hebben voor als het tweede in het geding zou komen en dat het rentewapen ingezet blijft worden tegen de te hoge inflatie. De ECB heeft de rente dus verhoogd naar 3% en na de persconferentie is het onbekend of er nog meer renteverhogingen zullen volgen. Hoewel zulke onduidelijkheid ongewenst is, is onduidelijkheid daarover nu juist te prijzen. De bank zegt daar namelijk mee het ook niet te weten en daar is, zoals reeds gememoreerd, alles voor te zeggen. Lagarde sprak erover dat de ECB in principe nog niet klaar is met renteverhogingen. Ofwel: de bank geeft aan dat 3% rente niet de rentestand is waarmee ze de inflatie zal verslaan. Maar dat ze niet klaar is met het optrekken van de rente, geldt alleen als de economische situatie zich een beetje ontwikkelt als dat de ECB denkt. Ongewijzigde vooruitzichten Omdat de tijd zal uitwijzen of dat het geval zal zijn, is het voor de bank inderdaad onmogelijk nu al een koers uit te stippelen. Het zal, zoals Lagarde terecht opmerkte, afhangen van de macro-economische data die de komende tijd gepubliceerd gaan worden. Voordat het bestuur van de bank weer vergadert, publiceert Eurostat bijvoorbeeld twee inflatiecijfers, voor maart en april. Die cijfers zullen de ECB in staat stellen niet alleen die koers te proberen te vinden maar ook te besluiten of de rente begin mei verder omhoog zal gaan. Wat ongewijzigd is gebleven, is dat de inflatievooruitzichten slecht blijven en dat de rente die de ECB vaststelt, aanmerkelijk hoger zal moeten worden om die veelvraat terug te dringen. Wel goed Of de bank dat ook zal doen, daar ben ik niet zo zeker van. Enerzijds omdat het zo maar kan zijn dat de Fed over niet al te lange termijn zal stoppen met het verhogen van de rente. De historie leert dat de ECB de Fed volgt. Anderzijds omdat Lagarde tijdens de persconferentie zei dat drie à vier bestuursleden gisteren een pas op de plaats hadden wilden maken. Ik vermoed dat er nog een grote groep is die met de verhoging gisteren ingestemd heeft omdat die stap al lang en breed gecommuniceerd was met de buitenwereld én omdat die nodig is in de strijd tegen inflatie. Maar als drie á vier ECB-ers gisteren al hadden willen stoppen, dan zijn er waarschijnlijk ruim tien bestuursleden die het ná de renteverhoging van gisteren voorlopig wel goed vinden, zeker als de onzekerheid in het bankenlandschap de komende weken blijft aanhouden. Kleine focuswijziging Dat is dan een zodanig grote groep dat veel nieuwe renteverhogingen niet te verwachten zijn. Wat er gisteren gebeurd is, is dat de ECB de facto een kleine maar belangrijke focuswijziging aangebracht heeft. Was het de afgelopen maanden zo geweest dat de bank de rente zou blijven verhogen tenzij er gingen gebeuren die daar niet om vragen, vanaf gisteren is er sprake van ‘verhogen, mits’-situatie. Ofwel: de bewijslast lag vóór 16 maart bij de groep die wilde stoppen met het opkrikken van de rente en sinds 16 maart geldt dat de rente in principe niet omhoog hoeft, tenzij het echt niet anders kan. Lat ligt hoger Het zal echt niet anders kunnen als de onzekerheid in het bankenlandschap redelijk snel verdwijnt én de inflatiecijfers die uit moeten komen, laten zien dat de inflatie niet snel genoeg daalt of, nog erger, alweer oploopt. Daarmee ligt de lat voor veel nieuwe renteverhogingen mijns inziens aanmerkelijk hoger dan tot aan de ECB-vergadering van 16 maart het geval is geweest. Ik zag een bevestiging voor die verwachting in het feit dat Lagarde zei dat het bestuur de kans dat inflatie hoger uitpakt dan verwacht, groter acht dan dat de geldontwaarding lager uitkomt. Desondanks is de expliciete belofte dat er meer renteverhogingen op komst zijn, die in de vorige persverklaring stond, uit de persverklaring van 16 maart verdwenen. Edin Mujagic is econoom en fondsbeheerder bij beleggingsfonds Hoofbosch. Hij heeft verschillende boeken op zijn naam staan, waaronder "Geldmoord: hoe de centrale banken ons geld vernietigen" en "Boeiend en geboeid: een monetaire geschiedenis van Nederland sinds 1814/1816". Hij studeerde monetaire economie aan de Universiteit van Tilburg. Hij schrijft op persoonlijke titel. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 25 jul De ene opkomende markt is duidelijk de andere niet Hoe verstandig is het om nu een positie te nemen in aandelen en obligaties in de opkomende markten? Schroders is tamelijk positief maar wijst ook op de enorme verschillen tussen de landen onderling. Vooral de valutacomponent is iets om scherp in de gaten te houden.
Assetallocatie 25 jul De kunst van het herbalanceren Herbalancering vermindert veelal de risico's, maar helpt het rendement meestal niet vooruit. Dus?
aandelen 24 jul Dapper JP Morgan AM zet zijn geld op Europese value-aandelen Herstel van de Europese economie, een lagere rente en een groot percentage value-bedrijven maken Europese aandelen voor JP Morgan AM favoriet. Dat geldt vooral voor de banken.
Assetallocatie 22 jul Grondstoffen horen desondanks in de portefeuille thuis Grondstoffen hebben de laatste 15 jaar een dramatisch trackrecord. Toch horen ze in de portefeuille thuis, want in tijden van hoge inflatie boeken ze uitstekende rendementen.
Assetallocatie 11 jul Wind in de zeilen voor opkomende markten Na een aantal jaren in de schaduw te hebben gestaan van de ontwikkelde markten staan de sterren nu weer gunstig voor de opkomende markten, iets dat bij beleggers niet onopgemerkt is gebleven, schrijft Yvo van der Pol van PGIM Investments.
Assetallocatie 08 jul No risk, no fun voor Fidelity Er is geen sprake van hoogtevrees bij Fidelity International. Integendeel, de wereldeconomie ontwikkelt zich zo goed dat de vermogensbeheerder adviseert meer risico te nemen in aandelen.