De beleggingswereld gaat steeds meer voor duurzaam. Vermogensbeheerders buitelen over elkaar heen om duurzame producten in de markt te zetten. Bent u daar blij mee?
“Het is natuurlijk onontkoombaar dat vermogensbeheerders moeten praten over duurzaamheid, want hun klanten en de regelgevers vragen daar om. Het is positief dat er in elk geval in woord aandacht is voor duurzaamheid. Dat moeten we omarmen.
Maar de praktijk is helaas nog altijd dat duurzaam beleggen vooral synoniem wordt gesteld met het uitsluiten van risico’s. Uitgangspunt is niet het vinden van duurzame oplossingen, maar het vermijden van grote problemen. Dat lijkt me niet echt de manier om een duurzamere wereld te krijgen. Het is eerder voorkomen dat het nog slechter gaat.”
Wat zijn de belangrijkste problemen die om een duurzame oplossing vragen?
“Het grootste probleem, by far, is de klimaatverandering. De noodzaak om snel tot een oplossing te komen neemt alleen maar toe. Maar de problemen hangen met elkaar samen, zoals het verlies aan biodiversiteit, het kapotgaan van onze ecosystemen.
Maar ook aan de sociale kant zie je een aantal problemen terugkomen in de portefeuilles van vermogensbeheerders. Dan denk ik met name aan ongelijkheid. Wat is de rol van de financiële sector in het in standhouden van ongelijkheid of juist in het tegengaan ervan?”
“Wat is de rol van de financiële sector in het in standhouden van ongelijkheid of juist het tegengaan ervan?”
Helaas is het nog altijd onduidelijk wat precies een duurzame belegging is. Wat maakt het zo lastig om een werkbare definitie te formuleren?
“Het is eenvoudiger om aan de andere kant te beginnen, door te bepalen wat niet duurzaam is, zeker in ecologische zin. Wat klimaatverandering aanricht, is makkelijk uit te leggen. Maar het begrip duurzaamheid is natuurlijk een complex begrip met meerdere kanten en interpretaties. Het is bij uitstek normatief, en dat maakt het lastig om tot een standaard te komen. Voor een sector, waar juist dat normatieve is uitgebannen door alle regels die er zijn op financieel gebied, is het lastig om daarmee om te gaan."
"Dus hebben we regels nodig om richting te geven, zodat er meer standaardisatie komt. Dat is een weg die we nog veel verder op moeten gaan. Omdat de regels nu niet duidelijk zijn, niet eenduidig zijn, nog niet holistisch zijn, want de bestaande taxonomie gaat alleen over het klimaat. Om tot die standaardisatie te komen, is veel tijd nodig. Meer tijd dan we hebben. Daarom mijn oproep aan de financiële sector om zelf oordelend te zijn. Neem zelf de verantwoordelijkheid als je echt wil bijdragen aan een duurzamere wereld.”
Wat is het principiële verschil tussen standaard duurzame oplossingen en impact investing? Wat betekenen beide benaderingen voor toekomstige rendementen?
“Bij de meeste duurzame beleggingsproducten staat ESG-integratie centraal, waardoor risico’s worden verminderd. Uitgangspunt bij impact investing is het doel. Hoe draag je bij aan een betere wereld? Mijn verwachting is dat beide aanpakken in de toekomst dichter bij elkaar komen te liggen, omdat de duurzaamheidsrisico’s groter worden, waardoor drastischere besluiten moeten worden genomen om risico’s uit de portefeuille te halen. Een impact investor belegt in oplossingen, die naar verwachting een doorgaans beter rendement zouden moeten opleveren dan het marktgemiddelde."
"Dat is een speculatieve uitspraak, want alle rendementsmodellen voorspellen op basis van de huidige economie. Deze modellen zijn een ontkenning van de complexiteit van deze tijd. Iedereen voelt aan dat er behoorlijke dingen aan de gang zijn die grote consequenties hebben voor beleggingen. Met die informatie is het raar om te doen alsof de wereld op dezelfde manier vooruit zal hobbelen als het de laatste 30 jaar heeft gedaan.”
Wat doet de laag-rente-omgeving met het duurzame beleggingsklimaat: is dat positief of negatief?
“Voor de instroom in alle beleggingsproducten is het positief, want er is geen alternatief. Voor de waarderingen is het negatief, want beleggingen worden te duur. Dat geldt zeker voor hype-achtige producten. Op dit moment zijn er heel veel bubbels, voor een deel ook in duurzame beleggingen. Dat kan het toekomstig rendement schaden. Maar al dat extra kapitaal dat nu naar duurzame beleggingen stroomt, helpt mee om een snellere duurzaamheidstransitie te krijgen. Dat is zeker positief.”
Volgens u is de vraag van eindbeleggers naar duurzame producten niet voldoende om de problemen te tackelen. Waarom niet?
“De meeste beleggers die een duurzaam product kopen, kunnen niet overzien wat er met hun geld gebeurt. Zij hebben ook geen overzicht van risico’s én kansen. Het zijn de beheerders die op basis van hun expertise de juiste duurzame keuzes dienen te maken. Laten zij beginnen om daarover transparant te zijn.”
“Al dat extra kapitaal dat nu naar duurzame beleggingen stroomt, helpt mee om een snellere duurzaamheidstransitie te krijgen”
U vindt dat regelgevers niet zozeer moeten benadrukken wat duurzaam is maar juist wat niet duurzaam is. Hoezo?
“Door niet te beleggen in bedrijven die schadelijk zijn, is er al veel te winnen. Het is niet moeilijk om vast te stellen wat niet langer moet gebeuren. Als een bedrijf niet duurzaam opereert en niet van plan is te veranderen, dan moet je daar niet in investeren. Dat helpt de wereld er niet op vooruit en maakt de beleggingsrisico’s er alleen maar groter op.”
Uitgangspunt van SFDR is dat niet-duurzame beleggingen hogere financiële risico’s opleveren. Dat is duidelijk niet uw benadering om een duurzamere wereld te krijgen.
“Het vermijden van risico’s helpt wel, maar dat is niet waar ik wil eindigen. Bij Triodos IM zien we duurzaamheid niet als risico, maar als positieve impact. Het lijkt om hetzelfde te gaan, maar het leidt tot verschillende investeringsbeslissingen. Zo kan een fondsbeheerder die een low carbon-portefeuille beheert betrekkelijk eenvoudig zijn doelstelling halen door meer in financials en andere dienstverleners te beleggen en productiebedrijven eruit te laten. Dat draagt totaal niet bij aan de energietransitie. Kies je daarentegen voor impact, dan zoek je naar oplossingen."
"Dan zijn productiebedrijven, die voor duurzame voeding zorgen of de infrastructuur verduurzamen, maar ook CO2-uitstoot genereren, toch een beleggingsoptie. Het achterliggende idee is ook dat met een positieve impactstrategie in de winnaars van de transitie wordt belegd.”
Wat kunnen vermogensbeheerders nog meer doen om het goede duurzame voorbeeld te geven?
“Het begint met transparantie, waarbij de informatie het liefst zo begrijpelijk mogelijk wordt gepresenteerd. Het zou bijvoorbeeld mooi zijn als vermogensbeheerders kunnen laten zien in hoeverre hun beleggingen in lijn zijn met het Klimaatakkoord van Parijs, of wat de positieve impact van deze beleggingen is.”
Ten slotte, als een wortel en een stok nodig zijn om de wereld duurzaam te krijgen. Wat is de wortel, en wat is de stok?
“De wortel is een duurzame en leefbare wereld, die we met z’n allen willen, die de financiële sector mogelijk kan maken. Dat zou toch een intrinsieke motivatie moeten zijn voor iedereen die in de financiële sector werkzaam is. Als dat niet gebeurt, dan hebben we de stok nodig. Denk aan wetgeving en regulering. Of dat de risico’s in de portefeuilles toenemen en de rendementen dalen. Dan is de stok een laag financieel rendement. Dat is de hardste stok waarmee je de financiële sector kan slaan.”
Thema's, trends en regelgeving over duurzaam beleggen; het staat allemaal in ons nieuwe online ESG-magazine.