De beleggingsindustrie is aan grote veranderingen onderhevig. De opkomst van passief beleggen, in het vakjargon als bèta betiteld, zet de traditionele beleggingsindustrie op zijn kop. Momenteel ligt het zwaartepunt van de instroom daar, kapitaal verschuift van actief beheerde fondsen richting bèta.
In het licht daarvan moeten actieve beheerders een nieuwe agenda volgen, met een focus op asset allocatie en niet op stockpicking, een wapenwedloop in de toepassing van big data en minder focus op de publieke markten, schrijft de Financial Times.
Met name de opkomst van smart bèta, strategieën waarbij gebruikgemaakt wordt van wetenschappelijk onderzoek om factoren te vinden die beter presteren dan de markt, stelt traditionele fondsmanagers voor een grote uitdaging. Smart bèta-indices doen eigenlijk wat succesvolle fondsbeheerders proberen. Grootte, value, momentum, winstgevendheid of kwaliteit zijn selectiefactoren, die ook passief kunnen worden toegepast.
Het grote voordeel van indexbeleggen is dat het voordeliger kan, zonder de hoge rekening voor research of dure vergoeding voor de fondsbeheerder. De opkomst van smart bèta heeft veel professionals overbodig gemaakt. Factoren en algoritmes nemen de plek in van traditionele fondsbeheerders.
Kunnen zij nog wel opboksen tegen bèta en smart bèta?
Asset allocatie, geen stockpicking
Traditionele fondsmanagers wijzen dan op beperkingen van factorbeleggen. Want bij beleggen komt het ook op spreiding, risicobeheersing en asset allocatie aan. Factoren verklaren goed de prestaties binnen beleggingscategorieën, maar zijn minder geschikt in het vergelijken van diverse categorieën. Factoren kunnen wel stockpicking vervangen, maar niet asset allocatie.
Big data, big alpha?
Daarnaast is er een wedloop gaande om nieuwe factoren te identificeren. Beleggers moeten zich afvragen of een factor ook in de toekomst blijft renderen. Cruciale vraag is waarom een bepaalde factor nog niet in de prijs is verwerkt. Als een factor is afgeleid van een bepaald risico, kan het blijven bestaan. Als het komt door een bepaald gedrag, dan kan het snel verdwijnen.
Valt er nog alpha te vinden boven wat smart bèta-fondsen presteren, vraagt de schrijver zich af. Dan moeten beleggingsfondsen verder kijken dan de publieke markten, bijvoorbeeld naar vastgoed en infrastructuur, of private equity, waar een groter prestatiepotentieel ligt, wat niet door algoritmes gekopieerd kan worden.
Ook big data kan nog een bron voor alpha zijn, zolang de wapenwedloop voortduurt. Bijvoorbeeld in de analyse van reacties van het management rond winstcijferpresentaties. Als alleen vragen van positieve analisten serieus worden genomen en die van kritische genegeerd, dan valt er blijkbaar wat te verbergen. Longposities in bedrijven die dat schuwen en short gaan in bedrijven die dat wel doen, kan alpha genereren.