China: harde landing waarschijnlijk Ja, de bubbel kan knappen, maar volgens China-kenner Peter Ho hebben beleggers wel degelijk wat te zoeken in China. 28 december 2015 08:00 • Door Pieter Kort Beleggers moeten zich niet bezighouden met de vraag of China instort, vindt professor Peter Ho, internationaal gelauwerd China-specialist. China zal waarschijnlijk hard corrigeren, maar zeker niet instorten. Ondertussen verplaatst de doordenderende groei zich naar andere sectoren. “Dáár moeten beleggers naar kijken!” Peter Ho, professor Chinese Economie en Ontwikkeling aan de TU Delft, heeft een druk leven. Niet alleen omdat hij een veelgevraagd spreker is en zowel de Chinese als de Nederlandse regering adviseert, maar ook omdat hij voortdurend heen en weer pendelt tussen Nederland en China. Dat kan niet anders, zegt hij: “Het gaat daar zo snel, binnen een maand kun je alweer achterlopen”. Ho is niet alleen op de hoogte van wat er zich in China afspeelt, maar is ook nog eens een scherp analyticus. En aangezien China een belangrijke, maar notoir moeilijk in te schatten factor is voor wereldwijde beleggers – of je nu wel of niet in opkomende markten belegt – kan het geen kwaad om eens van een insider te horen wat zich daar afspeelt. IEXProfs trof Peter Ho in Delft, vers teruggekeerd van een van zijn vele China-trips. Beleggingsstrategen die proberen uit te vinden hoe de wereld er in 2016 uit komt te zien, vinden China een van de moeilijkst in te schatten variabelen. Heeft u het idee dat China voldoende begrepen wordt? “Ik denk dat er aan het begrip nog wel wat gedaan mag worden. Het beeld dat veel mensen van China hebben is onvoldoende gestoeld op de feiten. Op zich is het terecht dat er zorgen zijn over de Chinese economie. Het land heeft zo’n dertig jaar lang op een groei van pakweg 9% gezeten. Daar is op zeker moment de rek wel uit. De bomen blijven niet tot in de hemel groeien. Aan elke grote groei komt een einde en in China is dat moment nu aangebroken.” “De vraag is alleen: gaat dat langzaam, dus dat je afglijdt naar groeicijfers van 2 à 3%, – waar Nederland nog steeds tevreden mee zou zijn, trouwens – of komt er een harde landing van de economie?” Wat gaat uiteindelijk de doorslag geven welke kant dat dubbeltje op valt? “Daarvoor moet je de risicofactoren in de Chinese economie begrijpen. De vastgoedsector is er daar een van. In die sector zijn de prijzen in de afgelopen decennia meerdere malen over de kop gegaan. Dat gebeurde omdat lokale overheden op grote schaal grond zijn gaan uitgeven aan vastgoedontwikkelaars om te verdienen aan de erfpacht. Van 1995 tot 2002 verdienden lokale overheden 25% van hun budget aan erfpacht; in 2012 was dat gestegen tot gemiddeld 40%. Zo belangrijk is die inkomstenstroom inmiddels voor de economie.” “Dat China zo snel is geürbaniseerd heeft te maken met die ontwikkeling. Gemeenten zijn massaal goedkoop platteland rondom de stad gaan omzetten naar stadsgebied. Om dat proces te financieren hebben gemeentes en ontwikkelaars massaal leningen afgesloten. Die schulden zijn de afgelopen jaren enorm opgelopen. Ik kom net terug uit een hele grote stad in het zuiden, van pakweg tien miljoen inwoners. Het percentage slechte leningen is daar volgens een recente audit 50%. Dat is nogal wat.” “De overheid heeft op een gegeven moment dan ook gezegd dat staatsbanken niet meer mochten lenen aan lokale overheden. Toen gingen die lokale overheden en de ontwikkelaars echter aankloppen bij grote staatsondernemingen. Dat kon makkelijk, want er is een grote verwevenheid tussen grote bedrijven en de lokale overheid. Via die achterdeur heeft de vastgoedsector toch weer toegang gekregen tot nieuwe leningen.” “Hoewel de bancaire sector op slot is gedaan, is de stroom van geleend geld niet gestopt. Daardoor bleven de prijzen stijgen, ging de urbanisatie door en zijn we uiteindelijk aanbeland bij het Chinese fenomeen van de spooksteden. Als je in China in ongeacht welke stad tegen de avond naar de buitenwijken gaat, dan zie je heel veel donkere gebouwen. Of zie je gebouwen waar in de gang alleen maar kale peertjes branden. Dan weet je eigenlijk al hoe laat het is. Er liggen daar prachtige zes- tot achtbaanswegen waar bijna geen verkeer overheen rijdt.” “De schatting is dat 20% van de totale woningvoorraad in de steden nu leeg staat. En dat is exclusief de nog niet verkochte huizen. Vastgoedontwikkelaars zijn als de dood om de echte cijfers te geven, omdat dan duidelijk wordt dat de hele markt op apegapen ligt.” Dat klinkt als een recept voor een nieuwe crisis? “De Azië-crisis van 1997 en de kredietcrisis van 2008-2009 zijn ook begonnen in de vastgoedsector. Dus het is mogelijk dat zich in China eenzelfde scenario kan ontvouwen. De prijzen zijn enorm gestegen, er is een duidelijk overaanbod, en er is een oplopend percentage aan slechte leningen. Dat hangt allemaal systemisch aan elkaar vast. Op het moment dat de vlam in de pan slaat, heb je te maken met een serieuze crisis.” De overheid probeert die risico’s wel in te dammen. Slagen ze daarin? “De overheid heeft wel allerlei beleidsmaatregelen afgekondigd, maar heeft uiteindelijk nooit doorgebeten. Daar zitten meerdere redenen achter. Ze zijn bang voor een grote groeivertraging in de economie, maar in China spelen ook verstrengelde belangen een grote rol, net als corruptie. Het is heel lastig gebleken om de vastgoedsector echt aan te pakken. Als de overheid niet alsnog ingrijpt, dan heb je binnen nu en een paar jaar echt wel een grote crisis aan je broek. Daar ben ik van overtuigd. Dan knapt de vastgoedbubbel.” De gevreesde harde landing, dus? “Ja, dan zal de Chinese economie met een harde landing te maken krijgen. Om een zachte landing te creëeren zal de overheid moeten doorbijten. Maar wat de overheid vooral heeft gedaan, is proberen de aandacht van de vastgoedsector af te leiden door de aandelenmarkt te gaan steunen. Dat is een verkeerd signaal geweest." "Veel mensen die op de vastgoedmarkt winst hadden gemaakt dachten: hé, dat is mooi. Zij zijn met geleend geld de aandelenmarkt op gegaan. Dus wat gebeurde er: in twee maanden tijd zijn de beurskoersen enorm opgeblazen. Daar werd iedereen weer nerveus van en vervolgens stortte het allemaal weer in. Op dat moment zei de overheid, heel bijzonder, dat ze een minimum voor de index willen garanderen. Toen dacht ik: nu is het hek van de dam.” “Ze hadden die boel gewoon moeten laten vallen. Dan had je eindelijk lucht uit die zeepbel in de aandelenmarkt en de vastgoedsector kunnen laten lopen. Je moet mensen op een gegeven moment hun verliezen laten nemen. Het feit dat ze dat niet hebben gedaan, is een gemiste kans. Want nu komt dat scenario van een harde landing steeds dichterbij.” Hoe groot is de kans op zo’n slecht scenario? “Tussen nu en twee jaar acht ik een harde landing wel waarschijnlijk, eerlijk gezegd. Het lijkt me moeilijk te vermijden. In ieder geval verwacht ik wel een flinke terugval. Betekent dat dat China in een recessie terecht komt, of in een kredietcrisis? Dat denk ik niet. Het is ook geen reden om in paniek te raken. Er vindt nu een aanpassing plaats van die enorme explosieve groei van de afgelopen tijd." "Dat is niet erg. Sterker, dat is nodig. De Chinese economie is dertig jaar lang op de pof gegroeid en het milieu is daaraan opgeofferd. Van het landbouwareaal is 70% zwaar vervuild, de smog in de grote steden is niet te harden. Als je nu naar Peking gaat, dan zie je het zelf, er hangt continu een soort mist. Het land moet worden opgeschoond. En dat kost geld. Dat gaat af van de groei die je hebt gehad. Dat is geen ramp.” “Soms hoor je wel eens beweren dat China op instorten staat. En dat de communistische partij omver geworpen gaat worden, en dat er een Chinese Lente aanbreekt. Daar geloof ik niet in. Want het is niet zo dat China dertig jaar lang wel economische hervormingen heeft doorgevoerd, maar geen politieke hervormingen. Als dat zo was, was China al lang en breed uit elkaar geklapt. De economie en de samenleving zitten zo complex in elkaar, dat hou je nooit bij elkaar met een puur eenpartijstelsel en een puur autoritair systeem." "Er zijn politiek wel degelijk allerlei veranderingen geweest. Het parlement, de gerechtshoven en de advocatuur werken heel anders dan dertig jaar geleden. Er is langs natuurlijke weg een scheiding van de drie machten aan het ontstaan: de wetgevende macht, de rechterlijke macht en de uitvoerende macht. Tegen die achtergrond is het onwaarschijnlijk dat China in elkaar zal storten.” “Er speelt nog een belangrijk positief verhaal. Het proces dat aan de Chinese groei ten grondslag ligt, de ruraal-urbane transformatie – de migratie van de boerenbevolking naar de steden – is al dertig jaar aan de gang. Tijdens die dertig jaar zijn 800 miljoen boeren weggetrokken van het platteland. Het percentage boerenbevolking is gedaald van ongeveer 80% tot 45%. Maar dat is dus nog steeds 45%! Nederland zit op hooguit 2,5% boerenbevolking. China heeft dus nog steeds een ontwikkeling door te maken. Er blijft ruimte voor groei. Betekent dat groei in hetzelfde tempo, met groeipercentages van 8 à 9%? Nee.” “Er vindt een herstructurering plaats waarbij je een verschuiving naar andere sectoren gaat zien. De binnenlandse consumptie gaat een grotere rol spelen. Heineken heeft het de laatste tijd bijvoorbeeld heel goed gedaan in China. Het is de grootste exporteur van bier naar China. Andere sectoren – mijnbouw, de cementinductie – hebben daarentegen juist harde klappen gekregen. Dus als je nu naar China kijkt, moet je niet naar het hele land kijken, maar sectoren onderscheiden. In een aantal sectoren gaat het achteruit, maar er zijn andere sectoren in opkomst die het stokje overnemen. Als belegger zul je daarnaar moeten kijken.” Bij beleggers heerst nog wel eens het idee dat veranderingen in China worden afgekondigd. “Het beeld dat China centraal wordt geleid klopt niet. China heeft eigenlijk een poldermodel. President Xi Jinping kan niet met zijn vuist op tafel slaan en zeggen dat het nu allemaal anders moet. Dat werkt niet. De maatschappij is zo complex en pluriform. Zonder consensus krijg je niks voor elkaar. Er wordt veel gesproken over de switch van een exportgedreven naar een consumptiegedreven economie." "Iedereen kijkt daarom met spanning naar het dertiende vijfjarenplan dat op dit moment wordt gemaakt. Maar hebben mensen wel eens gekeken naar de vorige vijfjarenplannen? Dan zie je de continuïteit. In het elfde vijfjarenplan, van tien jaar geleden, hadden ze het al over de stimulering van de binnenlandse economie. Dat kan ook niet anders! China is te groot om kortetermijnbeleid te voeren." "Als je Nederland vergelijkt met China, dan is Nederland een sloep en China een mammoettanker. Als je op open zee een ijsberg ziet opdoemen, dan kun je in een sloep op vijfhonderd meter van die ijsberg gaan bijsturen en een botsing vermijden. Met een mammoettanker moet je wel vijf kilometer van tevoren beginnen met bijsturen. Dat betekent dat je enorm langetermijnperspectief moet hebben, en dat betekent dus ook dat grote ontwikkelingen heel langzaam gaan. Toch moet je die fundamentele ontwikkeling ook goed volgen, want alleen zo zie je wat de langlopende trends zijn waar China op drijft.” Is China eigenlijk nog wel een emerging market? “Oh ja, zeker. Voor China op het niveau van West-Europa komt, zijn we echt wel 20, 25 jaar verder. Ze komen er wel, maar het kost tijd. En in die tijd zul je sectorale verschuivingen gaan zien. De hele milieusector groeit hard. China timmert enorm aan de weg met hightech. Vijftien jaar geleden gebeurde het zelden dat Chinese onderzoeksgroepen publiceerden in Nature of Science zonder Europese of Amerikaanse co-auteurs. Nu zie je in China complete Chinese onderzoeksgroepen. Dat komt onder andere omdat mensen na een opleiding in het Westen naar China zijn teruggekeerd. De brain drain van de jaren tachtig is nu een brain gain geworden. Van die mensen is een enorme impuls te verwachten. China heeft dit jaar voor het eerst een Nobelprijs binnengehaald in een andere categorie dan vrede of literatuur.” “In de jaren zestig en zeventig werd heel denigrerend gedaan over Japan: “ze kopiëren alleen maar en de kwaliteit is flut”. Nu kijken we op tegen Japanse technologie. Het begint met kopieergedrag, maar op een gegeven moment komt de innovatie. In China zie je dat nu ook. Apps, software, mobiele telefoons met functionaliteiten die we in het Westen nog niet hebben. Dat is innovatie. Historisch gezien is het wel grappig dat we nu in Delft zitten, want Delfts Blauw komt bijvoorbeeld uit China. De VOC heeft het meegenomen in de 16e eeuw. Vervolgens hebben we het gekopieerd en zijn we het gaan exporteren als Delfts Blauw. Het is van alle tijden.” Is China inmiddels zo belangrijk geworden dat een serieuze terugval van de Chinese economie ook grote gevolgen kan hebben voor de wereldeconomie? “Oh absoluut. Dat zie je nu al. De bouw in China ligt op apegapen, dat zie je terug in de wereldwijde mijnbouwindustrie. De ijzerertsprijzen zijn gekelderd en bedrijven als BHP Billiton en Rio Tinto gooien werknemers op straat, dóór de verminderde groei in China. In de transportsector loopt de hoeveelheid bulkvervoer enorm terug. Daar zit China ook achter. Als het in China ècht slecht loopt, dan voelt de wereldeconomie dat zeker. Er is al veel verwevenheid tussen China en de Verenigde Staten, omdat China een flink deel van de Amerikaanse staatsschuld bezit. Als China geld nodig heeft en dat gaat verkopen, dan raakt dat de VS en de dollar. En als Amerika wordt geraakt, dan raakt dat ons ook weer.” De invloed van China in de wereld groeit, maar zou die invloed eigenlijk niet groter moeten zijn gezien de omvang van de economie en het belang voor de wereldeconomie? “In multilaterale organen wordt nog veel te weinig rekening gehouden met China. Dat komt voort uit geopolitieke overwegingen; de Verenigde Staten ziet China als bedreiging en probeert de Chinese invloed in te dammen. Maar het ís belangrijk dat China erbij zit. Al was het alleen maar omdat je, als je China weglaat, ook een vijfde van de wereldbevolking weglaat.” Dit interview is eerder gepubliceerd in IEXProfs magazine nummer 31, 2015. Pieter Kort is hoofdredacteur van IEX Media. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 28 mrt De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick heeft samen met de rest van het multi-asset-oplossingen-team van Goldman Sachs AM grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.