"Volgens Alan Greenspan, voormalig voorzitter van de Federal Reserve, is inflatie pas onder controle als consumenten er geen rekening meer mee hoeven te houden als ze iets kopen. Het is nu een jaar en acht maanden geleden dat de Fed de rente verhoogde, toch houdt inflatie de meeste mensen nog steeds bezig. De Amerikaanse consumentenprijsindex (CPI) steeg in september met 3,7% ten opzichte van een jaar geleden.
Veel beleggers zijn bang dat de laatste periode van de weg naar de Fed haar 2% inflatiedoelstelling een pittige opgave zal worden. Er zijn echter ook signalen dat de prijzen fors gaan dalen, waardoor de zeer gewenste inflatiedoelstelling van 2% wel eens eerder kan worden bereikt.
Kijk, de huurprijzen dalen
Inflatie ziet er nu heel anders uit dan in 2022, en dat heeft een goede reden: de huurprijzen zijn minder sterk gestegen. Wat de huurprijzen doen, zien we uiteindelijk ook terug in de inflatie. Het is dus niet zo vreemd dat economen hun CPI-prognose baseren op de huurverwachtingen.
Als de Fed haar doelstelling wil realiseren, betekent dit concreet dat de huurverhogingen moeten worden teruggebracht tot 4%. Als we kijken naar het huurcomponent van de Amerikaanse CPI, zien we dat de stijging van de huurprijzen nu zo'n 5,9% bedraagt. Dit is een sterke afname van de 9,1% die in juni 2022, die in de nasleep van de pandemie werd genoteerd.
De huurgegevens van vastgoedbedrijf Zillow, dat de huurprijs van nieuwe huurovereenkomsten vergelijkt, laten een nog zwakkere huurstijging van 3,2% zien. Zo is de 4% doelstelling in zicht. Het kan enkele maanden duren voordat de lagere huurprijzen - zoals bijgehouden door Zillow en andere websites - doorwerken in de CPI. Er zijn misschien wat hobbels, maar het gaat de goede kant op.
Stijging arbeidsproductiviteit duwt inflatie ook omlaag
Tegelijkertijd is de arbeidsproductiviteit gestegen. In de afgelopen vier kwartalen lieten de gegevens van het Amerikaanse Bureau of Labor and Statistics zien dat de arbeidsproductiviteit is gestegen tot 1,2% en dat de stijging van de arbeidskosten per eenheid product is teruggebracht tot 2,5%.
Dit soort patronen zie je wanneer een economie weer bijtrek. Een hogere productiviteit en minder snel stijgende arbeidskosten per eenheid product zorgen voor een neerwaartse druk op de inflatie. Aangezien de grondstoffenprijzen stabiel zijn vanwege de beperkte groei in China is het goed denkbaar dat de inflatie tegen het einde van 2024 op 2% uitkomt. Dat is eerder dan de verwachting van de Fed van 2,5% nominale inflatie en 2,6% kerninflatie.
"Het is goed denkbaar dat de inflatie al tegen het einde van 2024 op 2% uitkomt"
Geldhoeveelheid helpt ook mee
Mocht de inflatie stabiel blijven op 3%, dan is dat volgens mij een teken dat de prijzen van een groot aantal goederen weer stijgen. Dat scenario ligt echter om meerdere redenen niet voor de hand.
Zo is er niet langer sprake van extreem financieel ingrijpen, zoals tijdens de pandemie, met een snelle toename van de geldhoeveelheid (M2). De geldomloop is met 3,7% gedaald, van een piek van 21,7 biljoen dollar in juli 2022 naar 20,9 biljoen dollar in augustus 2023. M2 omvat contant geld, munten, deposito's op betaalrekeningen, spaarrekeningen en geldmarktfondsen. Er is veel minder geld beschikbaar voor goederen en diensten, wat er volgens mij op duidt dat de inflatie verder zal dalen.
Overigens is het streefcijfer van 2% van de Fed geen harde doelstelling, maar een gemiddelde over een langere periode.
Stijgende koersen
Wanneer de 2% inflatie in beeld komt, dan kan dit een positief effect hebben op Amerikaanse aandelen- en obligatiemarkten. Historisch gezien was het rendement voor aandelen en obligaties positief wanneer de inflatie tussen de 0% en 6% lag, waarbij het beste rendement voor aandelen werd behaald bij een inflatie tussen de 2% en 3%.
Maar resultaten uit het verleden zijn natuurlijk niet indicatief voor de toekomst.
"Het beste rendement voor aandelen werd behaald bij een inflatie tussen de 2% en 3%"
