Nieuwe acties tegen greenwashing
In Europa en de VS werken toezichthouders aan strengere regels voor fondsnamen. Te vaak worden termen als groen, duurzaam en sociaal misbruikt als marketinginstrument, terwijl de portefeuille niet in lijn is met wat er wordt beloofd. Detlef Glow van Lipper Refinitiv heeft hier een duidelijke mening over.
Van oudsher geeft de naam van een beleggingsfonds een duidelijke verwijzing naar de doelstelling of strategie van het fonds. Tegenwoordig zijn fondsnamen steeds vaker een instrument uit de gereedschapskist van marketingafdelingen.
Productmanagers gaan willens en wetens op zoek naar namen die aansluiten bij de belangstelling van beleggers om zo hun geld aan te trekken. Ze gebruiken namen die aansluiten bij populaire thema’s, puur uit winstbejag. De inhoud komt pas op de tweede plaats.
Het mag daarom niet verbazen dat toezichthouders over de hele wereld de druk verhogen op vermogensbeheerders die gebruik maken van termen die gerelateerd zijn aan duurzaamheidsvraagstukken (ESG). Ze willen daarmee voorkomen dat beleggers misleid worden.
De Europese situatie
In de EU heeft de Europese beursautoriteit ESMA bijvoorbeeld een richtlijn voorgesteld waarbij een fonds alleen ESG-gerelateerde termen in zijn naam mag gebruiken als 80% van de beleggingen aan milieu-, sociale of duurzame doelstellingen voldoen.
Er wordt daarnaast voorgesteld om fondsen die de term “sustainable”, of gelijksoortige termen, in hun fondsnaam gebruiken, nog een extra drempel op te leggen, namelijk dat ze 50% van de portefeuille moeten beleggen in echt groene of sociale bedrijven. De overige 50% zou zich binnen bepaalde grenzen moeten bewegen zoals vastgesteld in de Benchmark Regulation Delegated Regulation van de EU.
In het Verenigd Koninkrijk werkt de toezichthouder FCA aan de invoering van een gelijksoortige wet die het fondsen verbiedt om in hun naam of marketinguitingen duurzaamheidstermen te gebruiken als ze niet voldoen aan de criteria van een van de drie officiële labels (duurzame focus, duurzame verbeteraars, duurzame impact).
Aan de andere kant van de oceaan
In de VS heeft de Securities and Exchange Commission SEC voorgesteld om de bestaande wetgeving uit te breiden, waarbij als eis wordt gesteld dat minimaal 80% van de activa van een fonds in overeenstemming moet zijn met wat er in de naam of prospectus wordt gesuggereerd.
Het is de bedoeling dat door strenge eisen te stellen de kans op misinterpretatie wordt geminimaliseerd. Dat geldt overigens niet alleen voor ESG-factoren (milieu, sociaal en governance), maar ook voor strategieën gericht op zaken als groei, waarde (value), een bepaalde regio of een sector.
Goede verbeteringen
Persoonlijk juich ik alle voorstellen toe. De naam van een fonds (of ETF) moet een weerspiegeling zijn van de strategie en de portefeuille. Strenge regelgeving kan helpen green- en/of impact-washing te voorkomen en meer bescherming te bieden aan (kleine) beleggers. Duurzaamheid moet voor reële waarden en normen staan en mag geen marketinginstrument worden.
De standpunten in deze column zijn die van de auteur en niet noodzakelijkerwijs die van Refinitiv Lipper of LSEG.