Actief vermogensbeheer gaat moeilijke tijden tegemoet. Die stelling wordt op een eenvoudige manier onderbouwd. Uit veel onderzoek blijkt dat het grootste deel van de actieve fondsen niet in staat is de benchmark te verslaan.
Het zijn feiten waarop ik mij baseer om een voorkeur voor indexbeleggen uit te spreken. Toch is de conclusie dat actief beheer het onderspit zal delven ten opzichte van passief beheer voorbarig.
Waarschijnlijk is er in de toekomst noch voor actief beheer noch voor passief indexbeleggen een toekomst. Laten we eerst eens teruggaan naar de oorsprong en essentie van beleggen.
Risicomijdende beleggers
Er is een grote groep particulieren en instituten die, om welke reden dan ook, vermogen beschikbaar heeft. Aan de andere kant van het spectrum zijn er bedrijven en overheden die ter financiering van investeringen zich aan de vraagzijde van de kapitaalmarkt bevinden.
Het gaat om een zeer heterogene groepen met betrekking tot de risicobereidheid. Risicomijdende beleggers richten zich op obligaties, terwijl aandelen het domein zijn voor de risicozoekers. Het uiteindelijke beleggingsresultaat hangt af van de prestaties van de onderliggende bedrijven en de ontwikkeling in renteniveaus.
Dit is allemaal simpel en overzichtelijk. In de afgelopen decennia heeft zich echter op het gebied van het aanbod van financiële instrumenten een revolutionaire ontwikkeling voorgedaan.
Financiële ongelukken
Een enorme hoeveelheid aan beleggingsproducten heeft het licht gezien. Er is een groot aantal varianten op de reguliere obligaties en aandelen gekomen, zodat de keuzes voor beleggers sterk zijn toegenomen.
Nog spectaculairder is de groei in aanbod van derivaten en daaromheen geconstrueerde producten, wat de belegger eenvoudig de mogelijkheid geeft te kiezen voor hun eigen risico- en rendementsverhouding.
Ik denk dat deze explosie aan financiële producten in potentie per saldo een positieve bijdrage aan de welvaart kan leveren, en dat ook heeft gedaan. Maar er zijn ook grote financiële ongelukken gebeurd.
Geen toename kwaliteit
De kredietcrisis van 2007-2008, veroorzaakt door complexe kredietconstructies, is daar een duidelijk voorbeeld van. Elke goede ontwikkeling gaat gepaard met kwade bijeffecten en dit was een voorbeeld van een wel heel vileine.
Eén van de oorzaken van dit soort rampzalige incidenten is het gebrek aan voldoende kennis bij beleggers, die zich bovendien soms door een verwoestende hebzucht laten leiden.
Goed bezien is vanuit de kant van de beleggers, de aanbodzijde van kapitaal, er nauwelijks sprake van een vooruitgang. Tegenover het steeds complexere en gevarieerder aanbod aan beleggingsproducten stond nauwelijks een toename in de kwaliteit van beleggen.
Revolutie bleef uit
Dat geldt zowel voor de particuliere beleggers, maar zeker ook voor professionele beheerders. Dat uit zich bijvoorbeeld in het chronisch achterblijven van de prestaties van actief beheerde fondsen bij de benchmark en is uiteindelijk ook de oorzaak van de kredietcrisis en andere financiële ongelukken.
Tot heel lang is er geen antwoord gekomen op de onbalans tussen het steeds geavanceerdere aanbod aan beleggingsproducten en de archaïsche manier waarop het beheer is georganiseerd.
Een veelheid aan beleggingsmethoden wordt aangeboden, van allerlei fundamentele stockpickingmethoden tot diverse vormen van technische analyse. De advieszijde kon gedijen omdat een revolutie zoals aan de aanbodzijde van de kapitaalmarkt uitbleef.
Chronische underperformance
Het enige echte antwoord op de machteloosheid van actieve beheerders meerwaarde te bieden ten opzichte van het marktgemiddelde, kwam ook weer vanuit de productzijde. Ik doel op de stormachtige ontwikkeling van passief beleggen.
Passief beleggen is geen successtory vanuit eigen opzichte verdienste, maar is ontstaan en gegroeid door het gebrek aan succes van actieve beheerders.
Beleggers nemen kennelijk meer en meer genoegen met het feit dat ze chronisch een lichte underperformance hebben ten opzichte van de index. Actieve fondsen hebben alleen nog bestaansrecht als ze, ofwel in termen van risico ofwel in termen van rendement, (bewezen) meerwaarde leveren ten opzichte van de benchmark.
Niet het eindstation
Er zal een evenwicht ontstaan tussen de grote bulk aan indexbeleggers en een kleiner percentage dat gebruikmaakt van actief beheer. Actief beheer zal een aanzienlijk kleiner percentage van het totaal belegd vermogen uitmaken. Maar dit is niet het eindstation.
De revolutie die aan de aanbodzijde van de financiele sector in de vorm van een grote variatie aan producten heeft plaatsgevonden, zal nu ontstaan aan de vraagzijde.
De grote impuls daarvoor is de robotisering in combinatie met kunstmatige intelligentie. Dat duidt mogelijk op het einde van zowel actief beheer als passief indexbeheer. Het kan niet anders dan dat intelligente beheersystemen de markt aan de vraagzijde zullen veroveren.
Net als de schaakcomputer
Feitelijk zijn alle ambachtelijke systemen om risicogecorrigeerd de markt te verslaan, gebaseerd op gebrekkige data-analyses en interpretaties. Met een mooi verhaal er omheen en soms ook met wat langduriger succes, heeft een dergelijk systeem een tijd lang bestaansrecht.
Maar het zal niet lang meer duren voordat een geautomatiseerd intelligent beleggingssysteem de rol van de beheerder volledig overneemt. Uiteindelijk gaat het om de vraag of de beleggingscomputer slimmer zal worden dan de belegger zelf.
Het is de vraag die in de jaren zeventig ook opgeld deed in het schaakwereldje. De eerste schaakcomputers kenden keurig (bijna) alle regels, maar lange tijd was de eerste de beste clubspeler in staat de elektronische tegenstrever te verslaan.
Robot de benchmark
In 1996 lukte het de computer uiteindelijk om de wereldkampioen te verslaan. Dat zal ook het lot van de vermogensbeheerders van vlees en bloed zijn.
Intelligente systemen zullen in staat zijn met gemak het geklungel van de mens (adviseur) op alle fronten de baas te zijn en zowel ten aanzien van risico als ten aanzien van rendement superieure resultaten te bereiken.
Dat betekent dat benchmarks en zelfs indices niet meer nodig zijn. De resultaten van de intelligente robotbelegger wordt door niemand overtroffen en is daarmee de (onverslaanbare) benchmark geworden.
Roboticafonds
Als niemand meer kan outperformen ten opzichte van de benchmark betekent het dat de beleggingsresultaten weer uitsluitend afhankelijk worden van de prestaties van de onderliggende bedrijven.
Outperformance, in feite de strijd om een stukje meer van de cake te krijgen dan de collegabelegger, wordt dan een uitstervend begrip! Ook voor de iStoxx Automation & Robotics Index, die in ruim twee jaar een outperformance van de MSCI World Index behaalde.
Dat trekt beleggers en is de reden waarom het Pictet Robotics fonds voorlopig gesloten is voor nieuwe toetreders. Het fonds trekt veel belangstelling, ondanks de (nu nog) underperformance ten opzichte van de MSCI World Technology Index en de hoge kosten van 2,77% op jaarbasis.
Is het een idee om het Roboticafonds zo snel mogelijk door kunstmatige intelligentie te laten beheren?