Vorige maand toen ik de resultaten van de IEX Index 20+ doornam, gaf ik aan gemengde gevoelens te hebben. De passieve IEX Index 20+, een afspiegeling van de actieve IEX Fonds 40 maar dan samengesteld uit alleen indexfondsen, behaalde toen een 0,35% beter rendement dan zijn tegenhanger. Het absolute resultaat was met -0,31% negatief.
Die gemengde gevoelens hebben plaatsgemaakt voor een licht gevoel van euforie. Het negatieve resultaat is per eind juli omgeslagen in een positief rendement. Op 31 juli staat de passieve belegging op een plus van 1,39%. De maand juli had dus ook in beleggingsopzicht een zomers tintje.
De IEX Fonds 40 profiteerde ook, maar met een positief jaarresultaat van 0,62% is de voorsprong van de IEX Index 20+ toegenomen tot 0,77%. Natuurlijk juich ik niet te vroeg. Er zijn nog vijf lange maanden te gaan, en de wedstrijd is pas gewonnen als de laatste handelsdag van 2013 voorbij is.
Zwakke prestatie
De absolute en relatieve percentages zoals boven genoemd zijn op zichzelf beperkt. Maar binnen de IEX Index 20+, ook in relatie tot de IEX Fonds 40, zijn er heftige bewegingen. De meest opvallende is de prestatie van de Amundi ETF MSCI Netherlands vergeleken met de twee actieve beleggingsfondsen in IEX Fonds 40.
De ETF behaalde in juli een rendement van maar liefst 7,5%, waardoor het jaarresultaat verdubbelde tot 14,7%. Geen uitzonderlijke prestatie van de Franse vermogensbeheerder natuurlijk, maar gewoon het resultaat van een sterke stijging van de onderliggende index.
Het rendement van het Add Value Fund steekt daar met -0,3% over juli en -7,2% over geheel 2013 schril tegen af. Het andere actieve fonds, Kempen Orange, kon bij lange na de zwakke Add Value prestatie niet compenseren (+4,4% over juli, +6,7% voor het gehele jaar). De uitgesproken beleggingsstrategie van beide fondsen heeft zich in 2013 tegen hen gekeerd.
Ik moet daarbij aantekenen dat op langere termijn Add Value en Kempen Orange wel goede prestaties hebben geleverd. Mogelijk is de huidige malaise een incident. Met grote posities in drama-aandeel Imtech is het natuurlijk in rendementstechnische zin kwaad kersen eten.
Theorie bevestigd
Ook opvallend is de relatief goede prestatie van de grondstoffen ETF en de Hoog Dividend ETF vergeleken met de actieve fondsen. Juist rond deze thema's zou je verwachten dat actief beheer tot meerwaarde leidt. Dat geldt in ieder geval niet voor 2013. De RBS Market Access Rogers Int Commodity Index ETF liet in 2013 weliswaar 5,4% aan rendement liggen, beleggers in DWS Invest Commodity (-12,3%) en Schröder Invest Commodity (-9,4%) zouden voor dat resultaat tekenen.
In relatieve termen was de grondstoffen outperformance van de ETF daarmee 5,4%. Een soortgelijk percentage (+5,2%) aan outperformance behaalden de op de VS gerichte iShares en de op Europa gerichte Amundi Hoog Dividend ETF's.
Opmerkelijk is eveneens de 3,8% betere prestatie van de Lyxor ETF iBoxx EUR Liquid HY 30 ExFinancial (+3,4% in 2013) ten opzichte van de Robeco en Invesco fondsen, die actief op zoek zijn naar de aantrekkelijkste hoogrenderende obligaties. In relatieve termen, maar wat Invesco betreft ook in absolute termen (-3,7% over 2013) is dat (nog) niet gelukt.
Geheel conform verwachting is daarentegen de outperformance (+4,6%) van de iShares MSCI World index ten opzichte van Morgan Stanley Global Brands en Skagen Global. Juist bij wereldwijd liquide en door veel analisten gevolgde aandelen is de theorie, althans volgens de passief beleggen adepten, dat actief beheer geen toegevoegde waarde heeft. In de categorie wereldwijd aandelen lijkt die stelling bevestigd te worden.
Negatieve stemming
Ik sluit mijn ogen uiteraard niet voor de achterblijvende ETF's. Het zwakst komt de iShares Asia Property Yield ETF naar voren, dat maar liefst 6,7% achterstand heeft opgelopen vergeleken met de twee fondsen (Henderson en Morgan Stanley) die in Aziatisch vastgoed beleggen. De passieve variant heeft in 2013 een min van 5,7%, terwijl de twee actieve fondsen gemiddeld een plus neerzetten van 0,9%.
Ook de prestatie van de aandelen in opkomende landen pakt verkeerd uit voor de passieve ETF. De negatieve stemming in deze markten weerspiegelt zich in een negatief rendement voor de iShares ETF van 10,6%. Aberdeen Global Emerging Markets (-9,7%) en vooral Skagen Kon-Tiki (-2,3%) lieten relatief een veel betere prestatie zien.
Hierbij teken ik aan dat het verschil niet alleen is ontstaan door de goede stockpicks van beide actieve fondsen. Ik moet constateren dat de iShares ETF momenteel 1,3% achterloopt bij de onderliggende MSCI Emerging Markets netto total return index. Dat is fors en als er geen verbetering optreedt, dreigt het gevaar dat ik deze ETF volgend jaar naar de reservebank verban.
Dat de actieve aandelenfondsen in de moeilijk te analyseren opkomende landen relatief beter presteren dan de passieve tegenhanger is overigens wel weer conform (mijn) verwachting. Dat geldt ook voor de obligaties in de Emerging Markets, waarbij de Amundi ETF Global Emerging Bond Markit IBOXX een achterstand van 2,7% heeft opgelopen ten opzichte van de ING en Threadneedle fondsen die zich actief richten op opkomende schuld.
Concluderend stel ik vast dat de de IEX Index 20+ in 2013 tot nu toe zowel absoluut als relatief goed presteert. Het meest opvallend vind ik echter dat binnen een paar sectoren zoals grondstoffen, hoogdividend, en high yield obligaties, actief het aflegt tegenover passief. Met name voor deze sectoren ben ik benieuwd of die onverwachte prestatie doorzet. Brandende vraag is eveneens of de Nederlandse fondsen er in slagen de achterstand voor 2013 in te lopen. Dat zal bepalend zijn voor de verdere prestatie van mijn IEX Index 20+ ten opzichte van de IEX Fonds 40.