All-in-one
In Nederland is het fenomeen nog niet erg populair, maar in het buitenland hebben beleggers de toegevoegde waarde van de nieuwste generatie mult-assetfondsen allang ontdekt.
Dit zijn geen traditionele mixfondsen, maar beleggingsvehikels die full flexible en met alle beschikbare instrumenten in de markt staan. Offensief als het kan, defensief als het moet. Ideaal in een laagrente-omgeving met hoge beurswaarderingen.
De vraag in Europa naar multi-assetfondsen stijgt explosief. Volgens Lipper droeg vorig jaar 30% van het totaal aan verkochte fondsen het predicaat multi-asset.
Lees meer... |
|
Moderne multi-assetfondsen worden,
in tegenstelling tot het buitenland, in
Nederland amper verkocht. De
reden? Eigenzinnigheid, bijeffect van het provisieverbod, almacht van de grootbanken...
Lees meer... |
Verschillende smaken
Multi-assetinvesting is een containerbegrip waar tal van strategieën onder
vallen. Dit zijn de tien belangrijkste:
1. Absolute return
Een absolute-returnfonds wil in alle markten
overeind blijven. De klant bepaalt vooraf hoeveel
risico hij maximaal wil lopen en de fondsmanager
probeert binnen de ruimte die overblijft zo veel
mogelijk rendement te maken. Andersom kan ook. De
klant bepaalt vooraf het doelrendement (cash plus
3% of meer) en de fondsmanager gaat aan het werk.
Risico-aversie staat in alle absolute-returnoplossingen
voorop. Alle beschikbare ideeën en instrumenten staan
de fondsmanager ter beschikking om het beleggingsscheepje
boven water te houden. Een absolute-returnfonds
is desondanks geen garantiefonds.
2. Income
Sinds obligatierentes amper nog iets voorstellen,
zijn multi-assetincomefondsen razend populair
in Italië, Spanje en Duitsland. Dat zijn landen
waar men van oudsher extra inkomen uit obligatiebeleggingen
haalde. Toen dat niet meer werkte, moest
het op een andere manier, zonder dat daarbij veel meer
risico werd gelopen. Dat is meteen ook de doelstelling
van een multi-assetincomefonds. Dan kom je al snel
uit bij een mandje van dividendaandelen, preferente
aandelen, converteerbare obligaties, highyieldobligaties,
vastgoedaandelen, emerging market debt, maar
ook de verkoop van volatiliteit kan worden overwogen.
Als er maar op de lange termijn zo veel mogelijk risicopremies
worden binnengeharkt.
Zo bestond het Global Income Fund van JP Morgan in 2008, op het toppunt van de crisis,
voor bijna 50% uit high yield, 20% aandelen volwassen
markten en voor 15% uit kredietwaardige bedrijfsobligaties.
Afgelopen april bestond dezelfde portefeuille
voor 25% uit high yield en voor 50% uit aandelen uit
alle windstreken. Het percentage kredietwaardige bedrijfsobligaties
was teruggebracht tot nul. Ook staatsobligaties
uit de volwassen wereld zijn niet langer in de
portefeuille terug te vinden.
3. Outcome
Christian Hille van Deutsche AM: “Deze strategie
is met name interessant voor de pensioenmarkt.
Uitgangspunt is een van tevoren bepaald
doelrendement, zodat aan toekomstige verplichtingen
kan worden voldaan. Is het rendement tijdens de rit
hoger dan begroot, dan wordt die meteen vastgezet.
Ook voor de implementatie van deze strategie is veel
kennis en een hoogstaande financiële infrastructuur
nodig. Ik verwacht dat vooral deze strategie door vraag
uit de pensioenhoek de komende jaren aan populariteit
zal winnen.”
4. Balanced
De balanced-strategie grijpt terug op de aanpak
van de eerste mixfondsen. De portfoliomanager
belegt alleen in aandelen en obligaties. Lekker
simpel. Verschil met de oude benadering is wel dat de
verhouding kan worden aangepast aan de marktomstandigheden.
Dat maakt deze strategie meteen
flexibeler. Tijdens recessies worden obligaties zwaar
overwogen en in tijden van economisch herstel gaat
het percentage aandelen omhoog. In het Global Balanced
Fund van JP Morgan kan de verhouding tussen de
twee beleggingscategorieën verschuiven naar maximaal
70%-30%. Verantwoordelijk portfoliomanager
Talib Sheikh zal ook niet aarzelen de spreiding binnen
de twee assetcategorieën te veranderen als de situatie
daarom vraagt. Zo heeft hij de duration van het obligatiegedeelte
onlangs verhoogd naar 3,9 jaar, tegen 3,6
jaar voor de benchmark.
5. Corporate opportunities
Een interessante en nieuwe benadering: per
bedrijf wordt bekeken welke belegging in dat
bedrijf – aandeel, preferente aandeel, converteerbare
obligatie, obligaties, achtergestelde lening et
cetera – relatief gezien de beste winstkansen biedt en
dat wordt vervolgens gekocht. Valuebenadering ten top.
Het toppunt ook van bottum-updenken.
6. Targeted Absolute Return
Een originele variant binnen het total-returnspectrum.
Het beleggingsteam van het Invesco
Perpetual Global Targeted Returns Fund brengt
deze strategie in de praktijk. Dit fonds belooft zijn aandeelhouders
een jaarlijks rendement van UK 3 maands
libor plus 5% met 50% volatiliteit van aandelen. Het
fonds belegt in rentes, volatiliteit, inflatie, valuta, aandelen
en meer. Long-shortstrategieën moeten het risico
verminderen. Garantie tot aan de voordeur.
Tot zover niets nieuws. Om deze beleggingsdoelen
te halen, gaan de drie fondsmanagers met twintig tot
dertig beleggingsideeën aan de slag.
Een voorbeeld: Invesco
verwacht dat de Australische economie stagneert
en de Europese herstelt. Dat betekent dat de Australische
rente hoogstwaarschijnlijk zal dalen, terwijl de
Europese rentes zullen stijgen. Voor het fonds worden
Australische obligaties gekocht en Europese verkocht.
Ander voorbeeld: met de daling van de euro
in het eerste kwartaal kreeg de Europese exportsector
de wind vol in de rug. Wie profiteert daarvan het
meest? Juist, Duitse bedrijven. Dus Invesco ging long
Duitse aandelen en short Franse aandelen. Deze
trade pakte wonderwel uit en is inmiddels beëindigd.
7. Benchmark
Er zijn nog altijd beleggers, vooral in de institutionele
hoek, die niet zonder benchmark
kunnen. Outperformance van de benchmark
is het doel, het genereren van zo veel mogelijk alpha
het middel. Dit is geen groeimarkt binnen de wereld
van multi-assets. De vraag is duidelijk verschoven
naar absolute return en income.
8. Common sense
Common sense is volgens Guy Wagner, managing
director investments van Banque de
Luxembourg Investments, de enige manier om
de risico’s onder controle te houden. Wagner leidt het
fonds BL-Global Flexible dat op basis van macro-economische
uitgangspunten belegt in aandelen, obligaties,
cash en eenvoudige derivaten. Wagner rekent
voor de komende tijd op weinig economische groei,
deflatiedruk en lage rentes. “Nu meer dan de helft
van de obligaties minder dan 1% rente geeft, is er nog reden
om aandelen te overwegen.”
Wagner kiest voor largecaps
uit defensieve sectoren met een mooi dividend.
Banken komen er niet in. Te risicovol. Het aandelenrisico
wordt verder afgebouwd middels een verkoop van een
aantal indices. 23% Van de portefeuille bestaat uit obligaties,
voornamelijk US treasuries. “Bedrijfsobligaties
koop ik niet, want ik wil geen credit risk. Valutarisico’s
dek ik uiteraard af.” Ten slotte heeft Wagner 7% van het
fondsvermogen gestoken in gouddelvers. “Ik geloof in
een stijgende vraag naar goud, dus ook in hogere goudkoersen.”
9. Low conviction
Het Stable Return Fund van Nordea, een van de
populairste fondsen in Europa tegenwoordig,
ontbeert een macro-economische visie, want dat
zorgt volgens Nordea alleen maar voor risico’s. Cristian
Balteo van Nordea Asset Management legt uit: “Een
macro-visie leidt automatisch tot het onder- of overwegen
van assets. Je kiest immers voor een duidelijke
richting van de markt. Dat doen we niet, want stel dat
de visie niet klopt. Ons doel is om de portefeuille zo in
te richten dat die in alle marktomstandigheden overeind
blijft. Unconstrained, flexibel en op basis van risk
balanced principles. It’s all about finding the attractive
risk premiums.”
Deze risicopremies kunnen binnen
afzonderlijke beleggingscategorieën worden uitgesplitst.
Balteo: “Een obligatie bijvoorbeeld heeft twee
risk drivers: credit en duration. Als die negatief zijn gecorreleerd,
dan is het goed.” Om de risico’s ultra-laag te
houden, profiteert het ene deel van de portefeuille het
Stable Return Fund van een opgaande markt en het andere
deel van een neergaande markt. Dat leidt tot een
portefeuille die nu bestaat uit: aandelen (bijna 50%),
Britse en Amerikaanse staatsobligaties, covered bonds
en een zware shortpositie (-31%) in de Duitse Bund.
Gewenst
rendement? Balteo: “In de laatste drie jaar boekte
het fonds een gemiddeld rendement van 8%. Dat was
uitzonderlijk. Voor de komende jaren zijn we met cash
plus 4% tevreden.”
10. Macro-thematic total return
Ondanks alle toeters en bellen om de risico’s
binnen de perken te houden, stoelt
deze beleggingsbenadering op een heldere
macro-economische visie. Neem het Global Capital Appreciation
Fund van JP Morgan, dat zijn aandeelhouders
een jaarlijks rendement voorspiegelt van cash plus 6%.
Het fonds belegt puur en alleen op basis van de acht
macro-economische beleggingsthema’s die de researchafdeling
van JP Morgan heeft ontwikkeld.
Die thema’s
zijn: lage inflatie, divergentie centrale banken, lage groei
productiviteit, sterke Amerikaanse economie, balansact
opkomende markten, herstel Europa, herstel Japan en de
economische transitie van China. De portfoliomanager
van dit fonds gaat in zijn beleggingskeuzes dus uit van
een sterke dollar en hogere Europese aandelenkoersen,
maar ook rekent hij op een verdere daling van de grondstoffenprijzen
en een goedkopere Bund.
Goed product, lastig te verkopen
De nieuwste multi-assetfondsen mogen dan het beste
zijn dat de beleggingsindustrie tot nu toe heeft voortgebracht,
maar om ze aan de man te brengen, is een ander
verhaal. Iedere klant begrijpt tegenwoordig wel dat spreiding
van vermogen over assets zoals aandelen en obligaties
een prima idee is. Maar zodra woorden als duration, hedging,
futures en long-shortstrategieën vallen, wordt het lastig de
aandacht vast te houden, laat staan enthousiast te worden.
Ook de fondsnamen nodigen niet altijd uit. Namen als Invesco
Perpetual Global Targeted Returns Fund, Global Capital
Appreciation Fund of UBS Dynamic Alpha zijn even lang als
onduidelijk.
Hoe overtuig je een klant dan toch om in een van
deze fondsen te beleggen? Met dit vijf-stappen-plan van Jiri
Baert komt een salesmanager al een heel eind.
- Hou het verhaal simpel: een multi-assetfonds belegt in
obligaties, aandelen en cash.
- Leg uit dat het niet meer dan normaal is om de financiële
zaken aan professionals over te laten. Dat doet de klant
ook met zijn gezondheid, auto en huis.
- Bij aanwezigheid van een trackrecord: laat zien hoe het
multi-assetfonds heeft gepresteerd in een dalende markt.
- Wees duidelijk over de kosten.
- Praat de taal van de klant.