Bronbelasting en hoogdividend-ETF’s Hoogdividend-ETF's zijn in trek, maar krijgt u de bronbelasting van de onderliggende aandelen wel terug? Hoe zit het met de kosten? 15 november 2012 14:16 • Door Marcel Tak Is het een hype? Beleggers lijken wanhopig op zoek naar aandelen met een hoog dividend. Dat is niet vreemd. Dividendaandelen kunnen een hoge inkomstenstroom genereren. Dat is aantrekkelijk nu de rente erg laag is. Maar een probleem is dat het dividend niet gegarandeerd, en daardoor onzeker is. Om te beleggen in dividendaandelen moet je daarom een goed oordeel vellen over de kwaliteit van de onderneming en daarmee van het dividend. Dat is het argument waarom, als het om dividendaandelen gaat, een beleggingsfonds in hoog dividendaandelen beter zou scoren dan een indexfonds. “Domme” indices met aandelen die een hoog dividend uitkeren bevatten mogelijk aandelen van zwakke bedrijven die door hun lage koers tijdelijk een attractief dividend lijken te hebben. Als antwoord hierop zijn er steeds meer intelligentere indices, die extra criteria hanteren, zoals dividendgroei in het verleden, voor de selectie van aandelen met een hoog dividend. Dat geldt ook voor de indices die ten grondslag liggen aan de deze keer door mij geanalyseerde hoogdividend-ETF’s: iShares Stoxx Europe Select Dividend 30 db-X Eurostoxx Select Dividend 30 ETF Lyxor ETF Stoxx Europe Select Dividend 30 Amundi ETF MSCI EMU High Dividend iShares Eurostoxx Select Dividend 30 Werkelijke kostenDe discussie over de prestatie van deze indices laat ik nu in het midden. Het gaat mij in mijn onderzoek om de kwaliteit van de ETF’s en de mate waarin deze in staat zijn de onderliggende indices te volgen. Eén van de belangrijkste factoren als het gaat om de ETF’s is de wijze waarop met bronbelasting wordt omgegaan. Dat heeft een behoorlijk impact op het eindresultaat. De gevonden resultaten voor de dividend-ETF’s hebben mij zelfs doen besluiten mijn presentatie van de werkelijke kosten van de ETF’s aan te passen. In mijn onderzoek naar de kosten van ETF’s hanteer ik het begrip werkelijke kosten. Deze kosten worden bepaald door het verschil tussen de prestatie van de index en de prestatie van de ETF. Als het om de vergelijkingsindex gaat, betreft het natuurlijk een total return index en geen prijsindex. In dat laatste geval wordt geen rekening gehouden met het dividend. Eén van de door mij besproken ETF’s hanteerde tot 2011 als benchmark de uitgeklede prijsindex. Dat kan natuurlijk niet. Dan wordt het wel heel gemakkelijk met een hoogdividend-ETF de index te verslaan! De total return index, waarbij de ontvangen dividenden worden herinvesteerd, moet dus gebruikt worden om de prestatie van de ETF te bepalen. KostenoverzichtMaar vervolgens ontstaat de keus tussen de bruto (gross) en de netto (net) total return indices. Bij de net return indices wordt het dividend exclusief de bronbelasting in de index herbelegd. Bij de gross return indices is de herbelegging inclusief de bronbelasting. De ETF-aanbieders gebruiken in het algemeen de net total return indices om de prestatie van de ETF te vergelijken. Er is wel iets voor te zeggen, omdat in werkelijkheid de ingehouden bronbelasting niet (direct) herbelegd kan worden. Aan de andere kant kunnen beleggers doorgaans de bronbelasting terugvorderen. De vergelijking met de netto-index geeft dus een vertekend beeld en onderschat de werkelijk kosten. De vergelijking met de bruto-index geeft in ieder geval de maximale werkelijke kosten aan. Vanaf nu zal ik beide werkelijke kosten berekenen en publiceren. In feite worden op deze manier de minimale en de maximale kosten berekend. Voor de vijf beoordeelde hoogdividend-ETF’s kom ik tot het volgende kostenoverzicht.BronbelastingUit de tabel blijkt dat de prestaties van de ETF’s ten opzichte van de netto index (WKnet) redelijk goed zijn. Vooral iShares EURO STOXX ETF behaalt een opmerkelijk gunstig resultaat. Naast de hoge opbrengst voor securities lending (0,52% over de laatste twaalf maanden) heeft dat te maken met het feit dat een groot deel van de bronbelasting teruggevorderd kon worden. Dat maakt het natuurlijk makkelijker de netto-index te verslaan. Ten opzichte van de bruto-index hebben alle ETF’s een behoorlijke achterstand. Opvallend is ook de mindere score van de iShares STOXX Europe ten opzichte van de iShares EURO STOXX. Dat wordt veroorzaakt omdat de eerstgenoemde ETF geen inkomsten uit securities lending nastreeft. Als u kiest voor een hoogdividend-ETF is het belangrijk te weten of u zelf de bronbelasting van de onderliggende aandelen teruggevorderd zou krijgen. Gezien de werkelijke kosten op basis van de vergelijking met de bruto-index heb ik het idee dat de ETF’s niet alle bronbelasting teruggevorderd krijgen. In ieder geval lopen de werkelijke kosten op basis van de bruto-index uiteen van 1,03% tot 1,93% per jaar (over de afgelopen drie kalenderjaren). Ik roep alle uitgevende instellingen van ETF’s op, naast de vergelijking met de netto-index, de resultaten van de ETF ook met de bruto-index te vergelijken. iShares Stoxx Europe Select Dividend 30 db-X Eurostoxx Select Dividend 30 ETF Lyxor ETF Stoxx Europe Select Dividend 30 Amundi ETF MSCI EMU High Dividend iShares Eurostoxx Select Dividend 30 Marcel Tak is zelfstandig beleggingsadviseur en oprichter/beheerder van het Bufferfund. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
J. Safra Sarasin Sustainable Asset Management 18 apr "Reshoring biedt mooie kansen voor groene beleggers" Volgens fondsmanager Daniel Lurch van het JSS Sustainable Equity Green Planet fonds van J. Safra Sarasin profiteren met name de duurzaamste bedrijven van de huidige herschikking van de wereldwijde productieketen. Welke dat zijn?
Impactbeleggen 11 apr “Het is fijn om goed te doen” Ook buiten Nederland is impactbeleggen ontdekt. Het Schotse Baillie Gifford bijvoorbeeld lanceerde in 2017 het Positive Change Fund. Vlak voor Pasen was Rosie Rankin, medeverantwoordelijk voor dit fonds, over in Amsterdam voor de tweedaagse Impact Europe Summit in de Beurs van Berlage. Rob Stallinga sprak met haar.
Impactbeleggen 03 apr "Impactbeleggers staan aan de goede kant van de geschiedenis" Hadewych Kuiper, directeur beleggingen bij Triodos IM, is niet onder de indruk van alle berichten dat duurzaam beleggen het beste heeft gehad. "Zo ziet tegenwerking van vooruitgang eruit."
Impactbeleggen 30 jan JSS Green Planet Fund: Kansrijk beleggen in een groene toekomst Beleggen in de toekomst is volgens S. Safra Sarasin beleggen in de groene transitie. Lees meer over het JSS Sustainable Equity Green Planet Fund, dat in de laatste drie jaar niet alleen hard is gegroeid maar ook sterk heeft gepresteerd.
ESG 17 jan ESG is dood, lang leve ESG 2.0! Matt Christensen, hoofd duurzaam en impact beleggen bij Allianz Global Investors, schetst de vijf belangrijkste duurzaamheidsthema's van 2024. Politieke verdeeldheid dreigt het grootste struikelblok te worden.
ESG 01 nov Biodiversiteitsverlies, het megarisico dat slechts enkelen zien Het verlies van biodiversiteit is volgens De Nederlandsche Bank (DNB) een groot risico voor de financiële stabiliteit. Cardano heeft een methode ontwikkeld om dit verlies te meten en zo de beleggingsrisico’s in kaart te brengen. IEXProfs sprak met Dennis van der Putten, Chief Sustainability Officer bij Cardano.