Het mysterie van momentum en value Momentum-beleggers mikken op de meest gewilde aandelen, value-beleggers juist op de muurbloemen. Bestaat er een verband? 14 maart 2014 15:15 • Door IEXProfs Redactie Value – waarde, of liever: onderwaardering – en momentum – een beweging die niet te stoppen lijkt – zijn twee invloedrijke fenomenen op de beurs. Momentum- of "mooi-weer"-beleggen is aandelen kopen die in de drie tot twaalf voorafgaande maanden hoge rendementen hebben laten zien. Waarde-beleggers kopen juist aandelen die op de beurs ondergewaardeerd zijn; Warren Buffett is daar rijk mee geworden. De twee tactieken lijken onverenigbaar. Dat is het uitgangspunt van de laatste post van Eddy Elfenbein op zijn blog Crossing Wall Street. "Immers, het momentum effect komt erop neer dat de best presterende aandelen almaar blijven stijgen en de markt blijven verslaan. Maar het waarde-effect betekent dat ondergewaardeerde aandelen het beter doen dan de markt." Je zou zeggen dat de meest gewilde aandelen ook het meest realistisch gewaardeerd zijn. Maar dat is dus niet het geval. "Koers en prestaties houden duidelijk geen verband met elkaar," constateert Elfenbein. Hoe is dat te verklaren? Elfenbein haalt een recente FT-column aan, waarin John Authers te rade gaat bij de gepensioneerde fondsmanager Paul Woolley. Authers ziet de breuk tussen beurswaarde en prestaties als bewijs dat de markt niet efficiënt is. Erger nog: de markt wordt steeds minder efficiënt, gezien de steeds frequentere vorming – en explosie – van beurszeepbellen. De ware betekenis van bubbels Daar is Elfenbein het niet mee eens. Hij bestrijdt dat de beurs steeds vaker kampt met bubbels. "De techbubbel en de huizenbubbel hakten er stevig in, maar dat betekent nog niet dat iedere koersval een uiteenspattende bubbel is." Elfenbein durft zelfs de stelling aan dat de beurs in 2007 niet excessief hoog stond, "gemeten over de volle breedte van de markt". Als zich al meer bubbels voordoen, ziet hij dat eerder als een teken van toenemende marktefficiëntie. Wel valt hij Woolley bij in diens uitleg van de wanverhouding tussen koers en bedrijfsresultaten. Die luidt als volgt. Fondsen met slecht presterende aandelen in portefeuille behalen lage rendementen. Dat leidt tot een uitstroom uit die fondsen, waardoor zij worden gedwongen hun muurbloempjes te verkopen. Maar door de uitstroom dalen ook de goede beleggingen van die fondsen in waarde. Zo ontstaat momentum, dat hele sectoren kan besmetten. Als de prijzen eenmaal fors zijn gedaald, leidt dat vanzelf tot een beurs vol met koopjes – zie daar het waarde-effect. Kijk naar de waarde-aandelen van eind jaren negentig, zegt Woolley. Absoluut bleven die stijgen in koers, maar relatief presteerden ze beroerd ten opzichte van tech-aandelen. Veel beleggers verkochten hun waarde-aandelen, waardoor die extra aantrekkelijk geprijsd raakten nadat de techbubbel was geknapt. Waarde en momentum als communicerende vaten Momentum kan jaren duren, ontstijgt steeds verder de economische realiteit en leidt zo onvermijdelijk tot bubbels en onderwaarderingen. Elfenbein: "Woolley zegt dus eigenlijk dat het waarde-effect uiteindelijk omslaat in het momentum-effect", en omgekeerd. Zelf gelooft hij niet dat waarde en momentum communicerende vaten zijn. "Mijn gevoel zegt mij dat waarde neerkomt op mean reversion in het groot, en momentum gewoon op domme hebzucht." De Redactie van IEXProfs bestaat uit verschillende journalisten. De informatie in dit artikel is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies, of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. . Deel via:
Assetallocatie 28 mrt De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick heeft samen met de rest van het multi-asset-oplossingen-team van Goldman Sachs AM grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.