Nieuws

Ouderen beleggen te risicovol

Oudere beleggers zitten steeds meer in aandelen en minder in obligaties. Dat is in strijd met de klassieke beleggingstheorie, die ervan uitgaat dat het verstandig is om op hogere leeftijd minder risico te nemen.

Het is in principe logisch als jongeren agressiever beleggen dan ouderen. Jonge mensen hebben het gespaarde vermogen immers niet direct nodig. Ze zitten midden in hun arbeidsleven. Rendement op de lange termijn is belangrijker dan het risico van koerscorrecties op de korte termijn.

Ouderen hebben daarentegen het geld dat ze gespaard hebben voor hun pensioen nodig om van te leven. Hoge risico's zijn voor hun uit den boze.

Een standaardadvies van pensioenadviseurs is daarom meestal aan jongeren om meer aandelen in portefeuille te nemen en te switchen zodra ze ouder worden naar een meer defensieve portefeuille met goed verhandelbare kwaliteitsobligaties.

Beleggen als een 30-jarige 

Theorie en praktijk lopen echter uit elkaar, zeker in de VS waar mensen vaker zelf verantwoordelijk zijn voor hun pensioenopbouw dan in bijvoorbeeld Nederland.

John Rekenthaler haalt in zijn blog voor Morningstar een citaat aan van Anne Tergesen van The Wall Street Journal, die stelt dat "Amerikaanse gepensioneerden het beleggingsgedrag hebben van 30-jarigen.”

Dat wordt bevestigd door cijfers van grote vermogensbeheerders als Vanguard en Fidelity. Bij Vanguard hebben beleggers de keus om hun pensioenbeleggingen te laten beheren door een professional of het zelf te doen. De laatste groep blijkt op latere leeftijd veel meer aandelen te bezitten.

Een klassieke beleggingsregel zegt dat een portefeuille voor 100% minus iemands leeftijd zou moeten bestaan uit aandelen. Iemand van 50 jaar komt dan uit op een portefeuille met 50% aandelen en 50% obligaties.

Vertekend beeld

Klanten die bij Vanguard hun pensioenfonds zelf beheren zitten daar echter ver vandaan. Beleggers van 55 jaar of ouder zouden volgens de formule maximaal 45% aandelen mogen bezitten. In werkelijkheid hebben de meeste 55-plussers echter bijna hun hele vermogen in aandelen zitten. 

De cijfers van Vanguard kunnen een vertekend beeld geven. Misschien hebben de beleggers bijvoorbeeld nog ander vermogen bij andere partijen ondergebracht dat voor een deel uit cash bestaat.

Toch denkt Rekenthaler dat het waar is dat ouderen de laatst decennia veel agressiever zijn gaan beleggen. Hij ziet daarvoor een aantal redenen. De eerste drie noemt Tergesen ook:

  1. Persoonlijke ervaring
    De aandelenmarkt zit al meer dan 40 jaar in een bullmarkt. Er waren weliswaar correcties in bijvoorbeeld 2000 en 2007, maar die waren slechts tijdelijk. Er is al jaren geen sprake meer van een lang aanhoudende bear markt zoals in de jaren 70 tot begin jaren 80. Zelfs mensen van 60 hebben dat niet meer actief beleefd. Nobelprijswinnaar Robert Shiller zegt hierover het volgende: “The spirit of the times is: Don’t worry about the markets crashing. They will come back up and set new highs.”

  2. Geen alternatief
    Aan het eind van de vorige eeuw was het nog normaal dat een veilige staatsobligatie meer dan 6% opleverde. Maar de rente is sindsdien gekelderd. In Europa was de rente op staatsobligaties zelfs al jaren negatief. Een particuliere belegger – jong en oud - zal onder die omstandigheden wel gek zijn om in obligaties te beleggen.

  3. Rijkdom
    Amerikaanse ouderen - maar hetzelfde geldt voor Europeanen - zijn de laatste decennia veel rijker geworden. In 2020 had bijvoorbeeld 9% van de Amerikanen tussen 70 en 74 jaar een vermogen van 2 miljoen dollar, nog afgezien van het eigen huis. Met zulke rijkdom kunnen mensen het zich veroorloven om veel te consumeren en tegelijk toch vol in aandelen te beleggen.

  4. Herweging wordt vaak nagelaten
    Nederlandse pensioenfondsen zijn uit veiligheidsoverwegingen verplicht een deel van hun portefeuille te beleggen in obligaties. Ze zijn daarom constant bezig met het in balans houden van de portefeuille. Een privaat persoon, die voor zijn eigen pensioen spaart, zal in het begin waarschijnlijk ook beginnen met een vaste verhouding van bijvoorbeeld 60% aandelen en 40% obligaties. De praktijk leert echter dat mensen daarna weinig meer veranderen. Aangezien aandelen de laatste 20 jaar veel meer zijn gestegen dan obligaties wordt de portefeuille automatisch steeds agressiever.

  5. Alternatieven
    Er zijn naast obligaties nog andere mogelijkheden om de portefeuille te diversificeren. Denk aan grondstoffen, goud, olie en vastgoed. Maar al deze alternatieven hebben het de laatste decennia slechter gedaan dan aandelen. Soms zelfs veel slechter. De olieprijs is na de piek van vorig jaar bijvoorbeeld weer terug op het niveau van 2007. Geen enkele vooruitgang dus zeker als de inflatie wordt meegenomen.

Riskant?

Rekener vindt het van de ene kant jammer en riskant dat oudere beleggers zoveel risico nemen. De contrarian in hem zegt bovendien dat het vanwege de populariteit van aandelen misschien juist nu een tijd is om in obligaties te stappen.

Van de andere kant maakt hij zich weinig zorgen omdat er genoeg institutionele beleggers zijn die beleggen in obligaties en dat vaak doen voor hun pensioenklanten.

Ten tweede zijn aandelen minder duur dan weleens wordt beweerd. Eind 2022 waren Amerikaanse aandelen historisch gezien zelfs relatief goedkoop. Inmiddels zijn de k/w-verhoudingen weer opgelopen, maar de S&P is minder duur dan in 2000.

De Redactie van IEXProfs bestaat uit verschillende journalisten. De informatie in dit artikel is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies, of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. .

Lees meer

Impact beleggen