4 redenen om positief te zijn over US smallcaps Amerikaanse smallcaps behoren tot de slechtste beleggingen van de laatste anderhalf jaar. Voor T. Rowe Price dus alle reden om extra optimistisch te zijn. 22 maart 2023 08:00 • Door IEXProfs Redactie Amerikaanse smallcaps hadden het in 2022 extra zwaar te verduren. De belangrijkste graadmeter voor deze categorie aandelen – de Russell 2000 – staat nog altijd op een verlies van bijna 25% sinds 1 januari 2022. Dit jaar begon weliswaar goed, maar de crisis rondom de Silicon Valley Bank heeft de kleine Amerikaanse fondsen weer hard naar beneden getrokken. Reden tot vertwijfeling? Niet bij Curt J. Organt, fondsmanagers bij T. Rowe Price Investment Management. Hij is zeker van zijn zaak, Amerikaanse smallcaps zijn ondergewaardeerd en niet zo'n beetje ook zegt hij in de memo Four Factors Shaping a Brighter Outlook for U.S. Smaller Companies. Hij geeft vier redenen om positief te zijn over Amerikaanse smallcaps. 1. Lage waardering Wat is de juiste koers voor een aandeel? Dat is de sleutelvraag voor elke belegger. Het hangt van veel factoren af: de cashflow, winst, balansverhoudingen, macro-economische omstandigheden, rente, marktaandeel, pricing power en ga zo maar door. Een van de meest gebruikte waarderingsmethoden is de voorwaartse k/w. Die is voor Amerikaanse smallcaps momenteel erg laag. Als de 12 month forward p/e van de Russel 2000 (exclusief biotech) wordt afgezet tegen de S&P 500 (exclusief biotech) dan zijn kleine bedrijven ongeveer 10% goedkoper dan grote marktspelers, terwijl de rollen normaalgesproken andersom zijn. Dat duidt erop dat beleggers erg bang zijn voor de gevolgen van een recessie. Organt denkt echter dat de recessie-angst overdreven is. Bovendien leert de geschiedenis dat smallcaps als eerste herstellen na een recessie. 2. Solide winstverwachtingen Analisten zien uiteraard ook het gevaar van een recessie. Zij hebben het afgelopen jaar flink gesleuteld aan de winstverwachtingen. Tot nu toe zijn de verwachtingen voor smallcaps daarbij redelijk op peil gebleven. 3. Flexibel met genoeg prijskracht Smallcaps leverden in het verleden vaak hun beste prestaties in perioden met een hoge, maar afnemende inflatie. Dat komt onder andere doordat kleine bedrijven vaak wendbaarder zijn dan grote bedrijven en sneller reageren op veranderende marktomstandigheden. Er wordt volgens Organt ten onrechte vanuit gegaan dat smallcaps weinig pricing power hebben. Ze moeten de grote partijen volgen, wordt vaak gedacht. Maar in werkelijkheid is dat niet zo. Kleine bedrijven zijn vaak actief in nichemarkten waar ze juist veel prijsmacht hebben. Ze maken bijvoorbeeld net dat ene onderdeel voor warmtepompen waar de hele keten met smart op zit te wachten. Smallcaps zijn bovendien bijna altijd flexibeler aan de kostenkant. "Kleine bedrijven zijn vaak actief in nichemarkten waar ze juist veel prijsmacht hebben" 4. Seculiere rugwind De wereld verandert. Na decennia van globalisering beginnen bedrijven en landen in te zien dat het beter is een deel van de productie dicht bij huis te laten plaatsvinden, of op zijn minst bij bevriende landen. De termen nearshoring, reshoring en friendshoring hebben hun intrede gedaan. Organt denkt dat kleine bedrijven hier meer van profiteren dan grote. Dat heeft ten eerste met diezelfde flexibiliteit van zoëven te maken. Ten tweede is het voor smallcaps vaak niet mogelijk om in China of een ander ver land te produceren, omdat ze daar te weinig schaalgrootte voor hebben. Maar als de productie terug naar huis komt, of naar een buurland, dan kunnen ze uitstekend concurreren. Dat geldt in het geval van Amerikaanse smallcaps helemaal als de dollar sterk is. Hun invoerkosten zijn dan relatief laag, terwijl de afzet in het binnenland is. Ze hebben daarmee voordelen tegenover internationale bedrijven die te maken hebben met valutarisico's. De Redactie van IEXProfs bestaat uit verschillende journalisten. De informatie in dit artikel is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies, of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. . Deel via:
Assetallocatie 28 mrt De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick heeft samen met de rest van het multi-asset-oplossingen-team van Goldman Sachs AM grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.