Sparen in een lage rente-omgeving De lage rente zorgt er volgens onderzoek van ING niet voor dat spaarders massaal in risicovollere producten stappen. 31 januari 2017 13:10 • Door Marcel Tak Er wordt wat onderzocht in de financiële wereld! Zo deed ING uitgebreid onderzoek naar het spaargedrag van Europese burgers. Dat is interessant vanwege de zeer lage rente. Wat zijn de effecten daarvan op het spaargedrag? In de eerste plaats constateert ING dat veel mensen niet of nauwelijks een spaarbuffer hebben voor moeilijke tijden. Van de respondenten heeft 29% geen spaartegoed en nog eens 17% heeft slechts voldoende saldo om drie maanden door te komen. Dat betekent dat bijna de helft van de Europeanen nauwelijks een buffer heeft voor moeilijke financiële tijden. Mager spaartegoed Volgens ING is een minimumbedrag aan bankreserve drie tot zes maanden salaris. Dat bedrag wordt maar door 31% van de respondenten gehaald. ING concludeert dat deze cijfers aan de magere kant zijn. Die conclusie kan niet in zijn algemeenheid worden getrokken. In de meeste landen is er voor de korte termijn sprake van een vangnet als inkomsten plotseling (arbeidsongeschiktheid, werkloosheid) wegvallen. Juist de eerste maanden komt men nog wel door in geval van tegenspoed. Het wordt veel lastiger als het wegvallen van inkomsten langdurig, jaren achter elkaar, voortduurt. Tevreden met spaartegoed Dat probleem is niet met een spaarpotje ter overbrugging van enkele maanden op te vangen. Overigens is het opvallend dat 32% van de Europeanen tevreden is met de omvang van hun spaartegoed. Dat is een flinke stijging ten opzichte van vorig jaar, toen het percentage nog op 26% lag. Eén land neemt een uitzonderingspositie in en dat is Nederland. Vorig jaar lag het tevredenheidspercentage in ons land met 43% het hoogst in Europa. Maar wij zijn het enige land waar het percentage is gedaald, en wel met 5% naar 38%. Nog altijd bovengemiddeld, dat wel. Opvallend is dat in de VS maar liefst 51% tevreden is met zijn spaartegoed, veel meer dan de 33% van vorig jaar. Financieel gezond Naast het bovengemiddelde spaarsaldo heeft Nederland, volgens de ING-enquête, het laagste percentage aan huishoudens met persoonlijke leningen. Per saldo zijn Nederlanders, ten opzichte van het buitenland, relatief financieel gezond, zou mijn conclusie zijn. Opmerkelijk is wel dat het percentage huishoudens met schuld gestegen is van 31% naar 37%. Die stijgende schuld lijkt voor Nederland in lijn met de constatering van ING dat Europeanen weinig gebruik maken van de lage rente. Er wordt nauwelijks (dure) schuld afgelost. Dat lijkt irrationeel, maar dat is het niet helemaal. Het aflossen van een dure hypotheek geeft natuurlijk wel directe voordelen, maar daar staat tegenover dat de spaarbuffer afneemt. Goedkoper lenen Als er dan moeilijke tijden aanbreken is er een kleinere buffer. Zie op dat moment maar eens de (hypotheek)lening weer te verhogen. In dat opzicht kan er zeker een ratio zijn in het niet of maar beperkt aflossen van schulden. De stijgende schuld in Nederland is waarschijnlijk juist wel een teken dat Nederlanders gebruik maken van de lage rente. Immers, zo kan er geprofiteerd worden van de relatief lage rente. Ratio is in dit soort onderzoeken soms wél ver te zoeken. Op de vraag naar het oordeel van spaarders ten aanzien van de ultralage rente, antwoordt maar liefst 36% daarmee blij of opgelucht te zijn. Volgens ING is dat antwoord mogelijk te verklaren omdat sommige ondervraagden daarmee doelden op het feit dat ze goedkoper konden lenen. Traagheid van spaarders De vraag ging echter specifiek over de rente op de spaarrekening. Dat geeft aan dat we de uitkomsten van dit soort onderzoeken zeker ook moeten relativeren. Wat moet je bijvoorbeeld met de uitkomst dat 21% van de Amerikaanse spaarders hun financiële positie verbeterd zag, juist door de lage rente? Het meest interessante deel van het onderzoek is de vraag naar de gevolgen van de lage rente. Van de respondenten zegt 56% niet meer of minder te zijn gaan sparen. ING geeft aan dat dit komt door traagheid van spaarders om betere alternatieven te zoeken. Dat is wel een heel gemakkelijke verklaring. Ik denk dat er in het algemeen, uitgezonderd het aflossen van schuld, geen qua risico en rendement gelijkwaardig alternatief voor sparen is. Ruim 40% geeft aan minder te sparen, wat de vraag doet rijzen op welke wijze de vrijkomende liquiditeiten worden aangewend. Riskant of niet? Van deze groep blijkt slechts 21% hun heil te zoeken in alternatieve risicovollere investeringen zoals aandelen of vastgoed. Het grootste deel wordt gebruikt om leningen af te lossen, te investeren in het eigen huis of te consumeren. Op de vraag of respondenten overwegen 10% van hun besparingen in alternatieve beleggingen aan te wenden antwoord 59% niet te overwegen in aandelen te beleggen. Van de respondenten zegt 54% dat aandelen te riskant zijn. Dat is ook weer een antwoord dat vraagtekens oproept. Betekent dit dat 46% van de spaarders beleggen in aandelen van individuele bedrijven niet als riskant ervaart? Van de deelnemers aan het onderzoek denkt 27% dat beleggen in aandelen niet tot extra rendement zal leiden. Voorzichtig genoeg Al met al is de conclusie van het onderzoek dat spaarders gevangen zitten in de lage rente-omgeving en daaraan eigenlijk weinig kunnen doen. Een beetje aflossen op schuld is voor de hand liggend, maar dat gaat wel ten koste van de buffer die spaarders graag aanhouden. Positief is wat mij betreft dat spaarders zich niet zomaar lijken te laten drijven naar risicovollere investeringen. Het is prima als wordt gekeken naar interessante alternatieven, maar nagenoeg elk alternatief geeft een hoger risico dan een spaarrekening. Alleen maar hogere risico’s accepteren vanwege de lage spaarrente, is een slecht uitgangspunt. Het onderzoek geeft aan dat spaarders in dat opzicht voorzichtig genoeg lijken te opereren. Tenminste, als de antwoorden van de respondenten betrouwbaar zijn… Marcel Tak is zelfstandig beleggingsadviseur en oprichter/beheerder van het Bufferfund. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 28 mrt De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick heeft samen met de rest van het multi-asset-oplossingen-team van Goldman Sachs AM grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.