Impactbeleggen en smart bèta-ETF’s zijn dé ESG-trends

Het palet aan duurzame beleggingsfondsen begint indrukwekkende vormen aan te nemen. Daarbij komen steeds meer duurzame producten uit de passieve beleggingskoker. Wat is er allemaal voor nieuws te koop?

meer
Bio Tjibbe Hoekstra is financieel journalist. Hij schrijft over beleggingsfondsen en trends in assetallocatie en portfolioconstructie. Na een verblijf van vier jaar in de Londense City is hij sinds kort weer terug in Nederland.
Recente columns
  1. Groei DC-pensioenen stuwt Nederlandse ETF-verkoop
  2. "Sector moet meer doen om vertrouwen te herstellen"
  3. "Klimaatrisico niet ingeprijsd in obligaties"
  4. Zij de groei, wij de winst
  5. Europese aandelen zijn toch wel duur
Populaire columns

    Impactfondsen, een variant van ESG-beleggen waarbij niet het rendement maar het praktisch effect dat met bepaalde beleggingen wordt bereikt voorop staat, schieten als paddenstoelen uit de grond. Het zijn vooral actieve managers die hier de hand in hebben, maar er zijn sinds kort ook ETF's voor idealistische beleggers. Bijna de helft van de 176 ESG-ETF’s bestaat volgens gegevens van Morningstar nog geen drie jaar.

    De Franse assetmanager Lyxor heeft in het afgelopen jaar bijvoorbeeld al vijf lanceringen van duurzame ETF’s op zijn naam staan. Volgens François Millet, hoofd productontwikkeling bij Lyxor, zijn er twee belangrijke redenen voor de stormachtige opkomst van ESG-ETF’s.

    “Ten eerste zijn er nu veel meer data beschikbaar op ESG-gebied dan een paar jaar geleden, waardoor bureaus als Sustainalytics en MSCI nu op een kwalitatieve manier het ESG-profiel van bedrijven kunnen beoordelen. Voorheen had je daar een actieve manager voor nodig,” zegt Millet. “Daarnaast wordt de ESG-score van een bedrijf bepaald aan de hand van die data. ESG en ETF’s zijn daarom natuurlijke partners.”

    ESG & smart bèta

    Je zou kunnen zeggen dat ESG-ETF’s een soort smart bèta-ETF’s zijn, vindt Boyan Filev, hoofd Quantitative Equities bij Aberdeen Standard Investments. “Een duurzame ETF selecteert bedrijven aan de hand van meer criteria dan alleen marktkapitalisatie en is daarom een smart bèta-product.”

    Volgens Millet gaat het echter te ver om te spreken van een duurzame smart bèta-factor. “We hebben nog geen vijf jaar aan betrouwbare ESG-data. Dus het is te vroeg om te kunnen zeggen of er een ESG-factor bestaat en of die voor outperformance zorgt.”

    Wat wel duidelijk is, is dat duurzame ETF’s een sterke overweging hebben naar enkele smart bèta-factoren die wel een wetenschappelijke basis hebben. “ESG-portfolio’s hebben vaak een meer dan gemiddelde exposure aan quality en largecap. Dat komt omdat zulke bedrijven vaak een robuuster ESG-beleid hebben, bijvoorbeeld op het gebied van gender equality en rechten voor werknemers,” legt Filev uit.

    Hoe groter, hoe duurzamer

    Kleinere bedrijven hebben vaak niet eens ESG-beleid en vallen daarom automatisch buiten de boot. Er is dus nog geen sluitend bewijs dat de factor duurzaam beleggen op de lange termijn outperformance oplevert.

    Beleggers laten zich, gezien de stormachtige groei die passieve ESG-producten doormaken, daar echter weinig aan gelegen liggen. Dat heeft deels te maken met het feit dat de voordelen van duurzaam beleggen vooral in de toekomst liggen. De voortrekkers op het gebied van smart bèta-ESG zijn dan ook institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, die een lange tijdshorizon hebben.

    “Hoe groter de belegger, hoe meer interesse in ESG en smart bèta,” weet ook Filev. “Het is een logische combinatie, want grote beleggers kunnen ook gemakkelijk hun eigen indices op maat laten ontwerpen.”

    Mét impact

    Maar ook actieve managers gebruiken steeds meer data bij het samenstellen van hun duurzame portefeuilles. Zoals DWS, dat voor zijn duurzame fondsen een combinatie van best-in-class en uitsluiting hanteert. Het maakt daarbij gebruik van duurzaamheidsratings van zeven verschillende aanbieders, waaronder Sustainalytics en Morningstar.

    DWS geeft zijn managers daarbij wel de mogelijkheid om tot 15% van de portefeuille te beleggen in bedrijven met een lage ESG-rating, die normaal uitgesloten zouden worden. “Dat doen we om hen de mogelijkheid te geven in smallcaps te beleggen. Die krijgen vaak een D-rating (op een schaal van A tot F, red.), omdat ze weinig ESG-gerelateerde data publiceren,” legt Susana Penarrubia, die bij DWS een aantal ESG-fondsen beheert, uit.

    Veruit de meeste ESG-ETF’s hanteren een best-in-class-benadering, waarbij alleen de meest duurzame bedrijven in elke sector in de index worden opgenomen. Smart bèta-ESG is voor veel beleggers echter nog wat abstract. Daarom richten actieve managers, zoals DWS, zich steeds meer op impactbeleggen. Meestal worden dan de zeventien Sustainable Development Goals (SDG’s) van de VN als ijkpunt genomen.

    Impact mainstream maken

    “Onze ESG-database bevat ook informatie over de exposure als percentage van de omzet naar de SDG’s,” zegt Penarrubia. “We willen impactbeleggen mainstream maken door er een kwantitatieve dimensie aan toe te voegen.” Ook sommige passieve aanbieders, zoals Lyxor, richten zich op impactbeleggen. “Producten met een specifiek verhaal resoneren beter bij private banks en retailbeleggers,” legt Millet uit.

    De thematische ETF’s van Lyxor zijn allemaal gelieerd aan een van de SDG’s. De ESG-ETF’s die Lyxor in de toekomst opricht, zullen dat ook zijn, aldus Millet. Maar dat betekent niet dat het thematische ETF-pakket in de toekomst uit zeventien fondsen zal bestaan. “Je kunt niet in alle SDG’s direct beleggen. Ik zie bijvoorbeeld niet meteen een ETF voor me die zich focust op het reduceren van armoede. Dat is toch meer een publieke taak. Bovendien is impactbeleggen niet alleen iets ideëels, rendement halen is ook belangrijk.”

    Lyxor en DWS zijn niet de enige assetmanagers die zich vol overgave hebben gestort op impactbeleggen. Zo kondigde Triodos eerder dit jaar aan alleen nog te beleggen in bedrijven die positief bijdragen aan de duurzame transitie in zeven duurzaamheidsthema’s, die allemaal overlappen met een of meer SDG’s. Ook heeft de bank een paar jaar terug een Multi Impact Fund opgericht, een mixfonds dat belegt in verschillende Triodosfondsen.

    Andere actieve impactfondsen zijn:

    1. Het Standard Life Investments Global Equity Impact Fund (november 2017) belegt in bedrijven “waarvan activiteiten, technologieën of producten specifiek ontworpen zijn om problemen op maatschappelijk relevante gebieden, zoals gezondheidszorg, onderwijs en armoede, op te lossen.”

    2. Het UBS Global Impact Fund, een maandje eerder opgericht dan het SLIfonds, doet iets soortgelijks, door te beleggen in “bedrijven die oplossingen bieden voor wereldwijde uitdagingen, zoals klimaatverandering, luchtvervuiling, de beschikbaarheid van schoon water en voedselzekerheid.”

    3. Het RobecoSAM Global Sustainable Impact Equities fonds, dat in januari dit jaar van start ging, richt zich op “bedrijven die substantieel bijdragen aan het vervullen van de Sustainable Development Goals,” aldus Rainer Baumann, hoofd beleggen bij de duurzame assetmanager.

    4. Het RobecoSAM Sustainable Food, gelanceerd in mei dit jaar, belegt in bedrijven die zich bezighouden met voedselveiligheid, logistiek, duurzame voedselverwerking en -consumptie en verduurzaming van de voedselproductie. “Een belegging in het fonds betekent ook een investering in bedrijven die bijdragen aan het vervullen van het SDG zero hunger,” vermeldt Robeco SAM op de website.

    Green bond-ETF’s

    Actief beheerde groene obligatiefondsen, die beleggen in obligaties waarvan de opbrengst wordt gebruikt om nieuwe en/of bestaande milieuvriendelijke projecten te financieren, bestaan al een tijdje. Sinds kort bestaan er ook passieve varianten. In juni 2017 was Lyxor de eerste.

    De Lyxor Green Bond ETF, volgt een benchmark van groene obligaties, uitgegeven door (supranationale) overheden, ontwikkelingsbanken en bedrijven. Inmiddels heeft ook iShares een Green Bond-indexfonds. Dat volgt een andere, vergelijkbare index en is de helft goedkoper.

    Momentum-ETF’s

    Een van de innovaties op het gebied van smart bèta-ESG is de momentum-ETF. “Het gaat er hierbij niet zozeer om hoe goed bedrijven scoren op ESG-gebied, maar wat de trend is. Bedrijven die verbeteringen doorvoeren op ESG-gebied, krijgen in zo’n index een hogere weging. Bedrijven die het steeds slechter doen, worden juist uitgesloten,” legt Morningstar-analist Kenneth Lamont uit. Het is weer Lyxor dat hier pioneert. In maart dit jaar werden vier ETF’s gelanceerd.

    De Lyxor MSCI Trend Leaders ETF’s is er in wereldwijde vorm, maar ook speciaal voor opkomende markten, Europa en de VS. “Backtests laten zien dat een momentum-index een outperformance oplevert ten opzichte van de gewone index,” weet hoofd productontwikkeling Millet van Lyxor. Ook voor impactbeleggers is een dergelijke ETF interessant, zegt Lamont van Morningstar. “Als het doel is dat bedrijven meer aandacht besteden aan ESG-gerelateerde thema’s, dan is het logisch het geld juist in zo’n fonds te stoppen.

    Low carbon-ETF’s

    De BNP Easy Low Carbon 100 Europe was er al, toen de term ESG nog niet eens bestond. Deze ETF volgt een index van de honderd Europese bedrijven met de laagste CO2-voetafdruk. De index hanteert een best-in-class-benadering, waarbij in elke sector de best scorende bedrijven worden geselecteerd.

    Sinds de oprichting in oktober 2008 heeft de onderliggende index een rendement behaald dat een fractie hoger ligt dan dat van de MSCI Europe. Het voorbeeld van BNP Paribas AM heeft de laatste jaren dan ook navolging gekregen, onder meer van Amundi. Dat lanceerde in 2016 de Amundi Index Equity Global Low Carbon ETF.

    Deel via: