Nee, economen hebben het niet altijd goed Net als weermannen zitten economen er regelmatig naast met hun verwachtingen. Maar, economische voorspellingen zijn, hoe matig van kwaliteit ook, nuttig om beleid op te baseren, aldus Marcel Tak. 18 december 2018 10:00 • Door Marcel Tak Op 4 december schreef Lukas Daalder in het FD een aardige, onschuldige column over economen en hun worsteling met het afgeven van correcte voorspellingen. Daalder trekt de vergelijking met de weervoorspellingen en wees op de onvolkomenheden van de populaire website Buienrader. Hij introduceerde het woord gebuienradard als synoniem voor het niet uitkomen van verwachtingen. Zoals u met een nat pak thuiskomt, nadat de buienvoorspeller een droog verblijf buitenshuis had beloofd. Overdreven reactie Voor collega-econoom, columnist en schaker (hij was/is minstens een klasse beter dan ik) Marcel Canoy was de column van Daalder prikkelend genoeg om in de twitterpen te klimmen. Daalder debiteert clichés over weervoorspellingen, vindt Canoy en hij start een discussie zonder argumenten die hout snijden. Ik vind de geagiteerde reactie van Canoy overgevoelig. Ten eerste is Daalders column niet bedoeld om een discussie tussen economen te entameren. Het laat de lezer, die veelal niet-econoom is, juist op een voor een column zelfs behoorlijk genuanceerde wijze, zien dat economen doorgaans niet in staat zijn de economische toekomst goed te voorspellen. Beleid maken Dat was dertig jaar geleden zo en daarin is weinig veranderd. Dat lijkt mij eerlijk gezegd een onomstreden vaststelling. Zo onomstreden, dat zelfs Canoy in een wat uitgebreidere reactie aangeeft dat `economen (inderdaad niet) kunnen (…) voorspellen, althans niet in de zin dat het waarschijnlijk is dat voorspellingen over een jaar uitkomen.` De heren zijn het dus eens, zou u zeggen, en er zijn helemaal geen houtsnijdende argumenten nodig om elkaar te overtuigen. Canoy verandert echter de discussie door te refereren aan het CPB, dat altijd netjes de onzekerheid van zijn "voorspellingen" vermeldt. Vervolgens geeft mijn naamgenoot aan dat economische voorspellingen, hoe matig van kwaliteit ook, nuttig zijn om beleid op te baseren. Dat is dan weer een stelling waarvan ik denk dat Daalder het er mee eens zal zijn. Dat geldt in ieder geval voor mij. Onweerlegbare feiten Hoewel, over het nut van economische voorspellingen kunt u toch nog wel een flinke boom opzetten. U kunt de stelling verdedigen dat economische voorspellingen tenminste houvast geven om beleid op te baseren. Aan de andere kant worden voorspellingen vaak gebruikt als schaamlap om minder populaire politieke keuzes te door te voeren. Cherry-picking uit de grote brij aan voorspelde variabelen is de politieke norm en geeft op die manier de prognose een negatieve toegevoegde waarde. Natuurlijk, u kunt dit de boodschapper niet kwalijk nemen, maar we hebben het over het nut van voorspellingen in de praktijk. De schaamlapfunctie is een reëel probleem en doet mij twijfelen aan het werkelijke nut van al die prognoses. In dat opzicht zou ik ook een parallel willen trekken met de klimaatprognoses, die veelal als onweerlegbare feiten worden gepresenteerd en waarop miljardenverslindend beleid wordt gebaseerd. Toch gepresenteerd als feiten De inhoudelijke boodschap van Daalder's column, de tot nu toe gebleken onmogelijkheid nauwkeurig de toekomst te voorspellen, blijft wat mij betreft recht overeind staan. Het is goed de lezers daarover te informeren en zelfs te waarschuwen. De opmerking dat het CPB, het instituut werd overigens nergens in de column van Daalder genoemd, zijn prognoses nuanceert met de mededeling dat er onzekerheden zijn, is waar. Maar daar wordt de voorspelling niet beter van. Bovendien, als ik zo de website van het CPB scan, worden de prognoses toch behoorlijk als vaststaande feiten gepresenteerd. "De Nederlandse economie staat nog steeds in bloei, met groeicijfers van 2,8% dit jaar en 2,6% in 2019. De werkloosheid daalt naar 3,5% (2019 MT) en de meeste huishoudens zien hun koopkracht er op vooruitgaan." Deze eerste zinnen over de MEV 2019 verraden toch weinig twijfel over de uitkomsten van de prognose. Ten goede gekeerd Tot slot wijst Canoy er in zijn reactie op dat er economen in de financiële sector zijn die voorspelingen misbruiken om klanten financiële producten aan te smeren. Dat vind ik een wat gemakkelijke bewering. Het scoort natuurlijk goed om de financiële sector te koppelen aan welke negatieve kwalificatie dan ook. Dat heeft de financiële sector deels aan zichzelf te danken, door de wijze waarop in het verleden met klanten en de verkoop van financiële producten is omgegaan. Maar ik denk dat er op dit gebied al veel ten goede is gekeerd. Het kan (en moet) natuurlijk altijd nog beter. Maar ik zou toch wel eens een voorbeeld willen zien van een econoom die een concrete voorspelling doet, met het uitsluitende doel een financieel product de klant aan te smeren. Heel nuttig Mochten die voorbeelden er zijn, dan is dat een reden voor AFM direct in te grijpen. Dat hoeft helemaal niet zo moeilijk te zijn. De toezichthouder kan verplichten dat economische voorspellingen, gekoppeld aan de verkoop van een financieel product, gepaard moet gaan met een track record van de voorspeller. Op deze manier kan de consument direct een oordeel vellen over de kwaliteit van de prognose en zo meehelpen bij de beoordeling of het product aantrekkelijk kan zijn. Op één punt wil ik het wel hartgrondig oneens zijn met Daalder. Buienradar vind ik wel degelijk een zeer nuttige en vaak betrouwbare voorspeller van de kans op een nat dan wel droog pak. Gebuienradard staat voor mij dan ook voor het tijdig zijn gewaarschuwd voor naderend (economisch) onheil. Heel nuttig dus! Marcel Tak is zelfstandig beleggingsadviseur en oprichter/beheerder van het Bufferfund. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 28 mrt De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick heeft samen met de rest van het multi-asset-oplossingen-team van Goldman Sachs AM grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.