De opmars van obligatie-ETF's Bedrijfsobligaties, high yield-obligaties en obligaties uit opkomende landen zijn minder goed beschikbaar. Beleggers zoeken dus steeds vaker hun heil in obligatie-ETF's, aldus Wim van Zwol. 11 oktober 2018 14:15 • Door Wim van Zwol Beleggers zijn veel meer gaan investeren in obligatie-ETF's. Wat cijfers op een rij: Het marktaandeel van Europese fixed-income ETF’s is sinds 2010 elk jaar gestaag toegenomen van 14% naar 22% van alle ETF’s. In 2014 was er zelfs sprake van een groei van bijna 50% aan nieuw netto-kapitaal in fixed-income ETF’s in vergelijking met het voorgaande jaar. 2017 was het absolute topjaar als met een recordinstroom in fixed-income ETF’s in Europa. Alleen al in Europa zijn er nu ongeveer 350 fixed-income ETF’s met meer dan 180 miljard dollar aan beheerd vermogen. In 2016 waren er nog circa 270 fixed-income ETF’s met zo’n 130 miljard dollar aan beheerd vermogen. De meest voor de hand liggende reden voor de toename van obligatie-ETF’s is de vraag. Nu de rentes nog steeds historisch laag zijn, worstelen beleggers echter nog steeds met de risicodempende eigenschappen van obligaties en zijn ze op zoek naar activa met een hoger rendement. Obligaties minder beschikbaar Hierdoor, in combinatiemet het monetaire beleid voor vastrentende beleggingen, is de beschikbaarheid van sommige obligaties aanzienlijk is afgenomen. Dit is vooral het geval bij bedrijfsobligaties, high yield-obligaties en obligaties uit opkomende landen. Het is moeilijker geworden om direct in deze obligaties te beleggen. ETF’s zijn in dit gat gesprongen. Maar weinig beleggers – ook professionele vermogensbeheerders – kunnen zulke gediversifieerde, brede, maar toch nauwkeurige posities vinden op zo’n kostenefficiënte manier als met een ETF. Obligatie-ETF’s kunnen op veel verschillende manieren gebruikt worden: van liquiditeitsbeheer en transitiemanagement, tot herbalancering en overlay-strategieën. Ook zijn de risicokenmerken van obligatie-indexfondsen constanter in de tijd vanwege het herinvesteren van de regelmatige, constante kasstromen. Constant renterisico Een van deze kenmerken is duration, een goede maatstaf voor de rentegevoeligheid van een obligatie of van een obligatieportefeuille. Obligaties hebben een vooraf bepaalde looptijd en vervaldatum, obligatie-ETF’s hebben dit niet. Het renterisico van een individuele obligatie zal dalen naarmate het zijn vervaldatum bereikt. Het renterisico van een obligatie-ETF kan echter constant gehouden worden. Dit is een belangrijk aandachtspunt voor beleggers. Zo wordt er bijvoorbeeld bij een stijgende rente binnen de ETF steeds tegen een beter tarief herbelegd. Indexfondsen met lage kosten zorgen bovendien voor aanzienlijke spreiding van tegenpartijen, kredietwaardigheid en looptijden. Fixed-income indexfondsen kunnen betere bescherming bieden tegen verliezen dan meer geconcentreerde portefeuilles vanwege de grote verscheidenheid aan posities die ze bieden. De impact van kosten op het rendement van obligatiefondsen is echter nog duidelijker dan bij aandelenfondsen. Drukkend effect Aangezien obligaties historisch gezien lagere rendementen behalen dan aandelen, hebben kosten een nog drukkender werking op het rendement. Daarnaast verwachten we in de toekomst lagere rendementen op de vastrentende markten vergeleken met de historische maatstaven. Dit maakt de impact van kosten op het rendement nog veel groter. De huidige yield-to-maturity van bijvoorbeeld Euro Corporate obligaties is slechts 1% vóór aftrek van kosten. En ETF-aanbieders bieden obligatie-ETF's aan tegen steeds lagere kosten. Groei vermogen fixed-income ETF’s in miljarden dollars plaatje Source: ETFGI Wim van Zwol is hoofd Institutional Sales Northern Europe bij Vanguard Asset Management. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 08:00 De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick heeft samen met de rest van het multi-asset-oplossingen-team van Goldman Sachs AM grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.