We hebben een low vol-klokkenluider "De ontdekking van een anomalie leidt vaak tot het verdwijnen ervan." Waarvan akte bij low vol, denkt Larry Swedroe. 21 augustus 2013 12:00 • Door Peter van Kleef "As is the case with many anomalies, their discovery often leads to their disappearance." Terwijl om u heen de low volatility-lobby aan kracht blijft winnen, hebben we in de VS inmiddels de eerste klokkenluider. U kent het verhaal inmiddels, aandelen met een lagere volatiliteit blijken op de lange termijn een hoger rendement op te leveren. Of op z'n minst een gelijkwaardig rendement bij een lager risico. Dat is een onverklaarbaar fenomeen - juist, een anomalie - want we hebben allemaal geleerd dat risico en rendement aan handen en voeten met elkaar verbonden zijn. Vraag het Robeco, vraag het Amundi, vraag het BNP Paribas, vraag het... Allemaal trekken ze de anomalietroefkaart en ze baseren zich daarbij op academische studies die uitwijzen dat die anomalie al sinds de jaren tachtig opgaat. Maar, zegt Larry Swedroe op CBS Moneywatch, "zoals dat gaat met zoveel anomalieën, hun ontdekking luidt metterdaad hun einde in". Dat gaat volgens Swedroe ook op voor low volatility. En de reden is dat door de enorme instroom van kakelvers geld het karakter van low volatility-beleggingen is veranderd. Dit jaar alleen is er zo'n 6 miljard dollar in low vol-producten (vooral ETF's) gestroomd, waarmee het beheerd vermogen in deze strategie in een ruim half jaar zo'n beetje verdubbeld is. Dat heeft zo z'n gevolgen. Die instroom verandert het karakter van dit soort beleggingen, betoogt Swedroe. Pijlers wankelenSwedroe stelt dat de sleutel achter de outperformance van low vol bestaat uit de valuepremie en het profiteren van renterisico. Door de enorme instroom zijn low vol-indices inmiddels fors duurder geworden dan reguliere aandelenindices, ongeacht naar welke parameters wordt gekeken. En ook hun rendementen blijven achter bij de brede (Amerikaanse) markt in 2013. Die underperformance hoeft niet noodlottig te zijn, want de Amerikaanse markten maken een prima jaar door en het is niet meer dan logisch dat low volatility dan iets achterblijft. Hun kracht zit 'm juist in de relatieve voorsprong die ze nemen als de markten dalen. Toch heeft Swedroe ook daar iets op aan te merken. Want binnen het totale marktrendement blonken juist de value-aandelen uit - en die zouden normaal gesproken low volatility een handje moeten helpen. En ook het renteklimaat is in 2013 eigenlijk in het voordeel van de low vol-strategie. Maar die twee traditionele pijlers hebben niet kunnen voorkomen dat de Amerikaanse aandelenmarkt als geheel dit jaar een procentje of drie beter presteert dan de Amerikaanse low vol-markt. Te vroegPersoonlijk vind in het te vroeg om de low vol-anomalie meteen maar bij het huisvuil te zetten. Maar het relaas van Swedroe (en hij is niet de eerste, ook het Franse EDHEC-Risk plaatste al vraagtekens bij de anomalie) is wel een goede waarschuwing en misschien versterkt die het latente onderbuikgevoel van gezond wantrouwen dat de belegger bij zichzelf behoort te bespeuren als teveel partijen zich tegelijk als voetballende F'jes op de bal storten op een heel klein uithoekje van het speelveld. Als dat ook nog eens gepaard gaat met veel bombarie, euforie en eureka-kreten, dan weet u genoeg. Neemt niet weg dat low volatility ook zonder dat het een anomalie is een volstrekt legitieme en voor veel beleggers prettige langetermijnstrategie is. Zeg nou zelf, ook voor een plan met minder risico en een beetje minder rendement valt best iets te zeggen. En voorlopig loopt Swedroe ietsje voor de fanfare uit, met zijn klokkengelui. Laten we eerst maar eens even kijken hoe de performance-overzichten eruit zien als we weer een keertje een forse correctie hebben gezien - of gewoon een paar heel volatiele, nerveuze nazomermaanden. Peter van Kleef was tot en met 2014 hoofdredacteur van IEXProfs. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 05 dec Institutionele beleggers hebben voor 2025 duidelijke voorkeuren Ondanks dalende inflatie, lagere rentetarieven en afnemende recessievrees hebben institutionele beleggers over 2025 hun zorgen, zo blijkt uit het jaarlijkse onderzoek van Natixis IM onder 500 institutionele beleggers wereldwijd. Zij zetten met name sterk in op private beleggingen en aandelen uit de opkomende markten.
Assetallocatie 04 dec Doet u mij maar Amerikaanse aandelen en Europese obligaties Roelof Salomons, de nieuwe hoofd beleggingsstrategie van BlackRock Nederland, heeft in zijn outlook voor 2025 duidelijke voorkeuren. De beste kansen voor aandelen liggen in de VS. Voor obligaties ziet hij het meest in Europese bedrijfsobligaties, kredietwaardig en minder kredietwaardig.
Assetallocatie 03 dec De toegevoegde waarde van landbouwgrondstoffen De prijzen van landbouwgrondstoffen hebben historisch gezien weinig correlatie met traditionele beleggingscategorieën zoals aandelen en obligaties, maar ook met andere grondstoffen zoals energie en metalen. Inflatiebescherming is een ander belangrijk voordeel van beleggen in landbouwgrondstoffen, stelt grondstoffenspecialist Benoît Harger van private bank J. Safra Sarasin.
Assetallocatie 28 nov In een wereld vol anomalieën is Amundi optimistisch Amundi is in zijn outlook 2025 positief over aandelen, obligaties en de wereldeconomie. Vooral Azië biedt kansen. Het risico zit hem in een aantal anomalieën dat de markten op hol kan brengen
Assetallocatie 26 nov Tegenvallende winsten vergroten zorgen Nu bijna alle bedrijfscijfers over het derde kwartaal zijn gepubliceerd is het volgens CIO Saira Malik van Nuveen duidelijk dat de verwachte outperformance is uitgebleven. "Dat roept kopzorgen op bij beleggers over mogelijk te hoge aandelenkoersen en bijkomende correcties."
Assetallocatie 25 nov “Ook in 2025 verwachten we het meeste van Amerikaanse aandelen” Olivier de Berranger, CEO en co-CIO van de Franse vermogensbeheerder LFDE, geeft zijn kijk op 2025. Heel kort: Amerikaanse aandelen, vooral de kleine, hebben meer opwaartse kracht dan Europese aandelen. Wat obligaties betreft, gaat de voorkeur uit naar kredietwaardige bedrijfsobligaties.