Ook gij, Klaas Knot? Klaas Knot en ook Jens Weidmann lijken tussen de regels door te zeggen dat kwantitatieve verruiming kan en moet kunnen bij tegenvallende economische groei, aldus Edin Mujagic. Wie heeft nog monetaire duiven nodig met zulke haviken? 15 februari 2019 12:00 • Door Edin Mujagic Mooi zeg. Ik heb het over het verschil in het stemgedrag in de VS tussen de regionale Fed-presidenten en de Fed-gouverneurs in Washington. Daar is het verschil tussen wat de Amerikanen Wall Street en main street noemen goed te zien. De laatste groep heeft baat bij een streng monetair beleid gericht op lage inflatie. Wall Street gedijt juist bij open monetaire sluizen. Onderzoek laat zien dat de regionale bankpresidenten in de VS stelselmatig voor hogere rente stemmen om de inflatie lager te houden. Dit in tegenstelling tot hun collega’s uit het politieke hart, Washington, die vaker geen noodzaak zien om de monetaire teugels aan te halen en bij hogere inflatie hun schouders ophalen en/of dat juist toejuichen. Europese haviken In termen van de monetaire vogelkunde: de regionale bankpresidenten zijn haviken en hun collega’s in Washington zijn de duiven. In Europa hebben we sinds 1999 de ECB. Het bestuur daarvan bestaat uit zes leden die in Frankfurt zetelen en uit de presidenten van de centrale banken van alle eurolanden. Ofwel: ook hier hebben we te maken met regionale centrale bankiers en federale bestuurders. Het verschil met de VS is dat de Europese regionale centrale bankiers zeker niet meer havikachtig zijn dan hun collega’s uit Frankfurt. De Fin, de Duitsers, centrale bankiers uit de Baltische landen en de president van De Nederlandsche Bank, dat is zo grofweg wel het volledige lijstje van Europese monetaire haviken. Renteverhoging pas in 2020 Wat mij helpt een inschatting te maken over de toekomstige monetaire koers, is als ik een havik duivachtige taal uit hoor slaan of als een duif juist wat havikeveren laat zien. Dé havik in de VS is Esther George, waarover ik onlangs schreef dat haar duivenachtige toon er sterk op wijst dat de draai van de Fed een structurele is. Lees ook: Fed-havik Esther George doet duivig Deze week hebben de twee Europese haviken een Georgeje gedaan. In een interview met de Financial Times, zei Klaas Knot, President van DNB, dat de ECB monetaire instrumenten met rust moet laten. Aangezien het de bedoeling was het monetaire beleid minder ruim te maken, komt dat neer op een pleidooi voor het stoppen van monetaire verkrapping, nog voordat die goed en wel is begonnen! Knot gaf impliciet aan dat een renteverhoging pas ergens in 2020 nodig kan zijn. Onverwachte daling Over opnieuw inzetten van kwantitatieve verruiming zei hij dat dat nog niet nodig is. Een havik zou dat categorisch hebben uitgesloten, omdat de inflatieontwikkelingen daar zeer zeker geen aanleiding toe geven. Zijn Duitse collega Jens Weidmann zei in een toespraak dat het rentebeleid meer bewegingsruimte nodig heeft om in de toekomst te kunnen reageren op een onverwachte daling van de groei. Vrijwel iedereen interpreteert dat als een pleidooi voor renteverhogingen. Ik zie dat anders. Als een groeivertraging in geen velden of wegen te bekennen is, dan zou de genoemde interpretatie de juiste zijn. Weer obligaties opkopen Maar in een omgeving waarin de groei al vertraagt, zit dat toch wezenlijk anders. Wat namelijk als zo'n onverwachte groeidaling zich voordoet voordat de ECB de rente verhoogt, iets wat zeer waarschijnlijk is? Dan moet ik uit Weidmanns woorden opmaken dat de ECB in dat geval gewoon moet ingrijpen. Dus de geplande renteverhoging verder naar de toekomst schuiven en indien nodig weer obligaties opkopen. Knot en Weidmann lijken tussen de regels door te zeggen dat kwantitatieve verruiming kan en moet kunnen bij tegenvallende economische groei. Eshter George denkt er ook zo over. Wie heeft duiven nodig met zulke haviken? Voor de aandelenmarkten klinkt die gedaante- en zangtoonwisseling van de haviken als mooiste muziek die er is, in de oren. Edin Mujagic is hoofdeconoom van OHV Vermogensbeheer en is gespecialiseerd in (de gevolgen van) het beleid van de centrale banken. Hij heeft verschillende boeken op zijn naam staan, waaronder "Geldmoord: hoe de centrale banken ons geld vernietigen" en "Boeiend en geboeid: een monetaire geschiedenis van Nederland sinds 1814/1816". Hij studeerde monetaire economie aan de Universiteit van Tilburg. Hij schrijft op persoonlijke titel. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 28 mrt De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick heeft samen met de rest van het multi-asset-oplossingen-team van Goldman Sachs AM grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.