Index20+ laat het lopen Met zijn passieve Index 20+ staat Marcel Tak achter op de actieve IEXFonds 40. Tak heeft er nog geen slapeloze nachten van, maar de verschillen zijn wel opvallend. 24 april 2018 12:00 • Door Marcel Tak Ik heb er nog (net) geen slapeloze nachten van. Maar het geeft wel stof tot nadenken. Opnieuw moet ik melden dat Index 20+ de afgelopen maanden slechter heeft gepresteerd dan IEX Fonds40. De strijd actief versus passief is ooit gestart om in de praktijk te laten zien of actieve fondsen in staat zijn de passieve indexfondsen te verslaan. De IEXFonds 40 wordt op basis van een aantal, naar nu ook in de praktijk blijkt, zeer goede criteria samengesteld uit de grote hoeveelheid actieve fondsen die beschikbaar zijn. Mij wacht er vervolgens met betrekking tot Index 20+ een eenvoudige taak. Voor elke van de twintig thema’s van IEXFonds 40 kies ik een passief fonds. Waar nodig neem ik twee passieve fondsen in de Index20+ op, om de twee actieve keuzes zo goed mogelijk tegenstand te bieden. Dit jaar zijn via deze methodiek 25 indexfondsen in Index20+ opgenomen. Lichtpuntje voor passief? De voorgaande keren dat ik een achterstand van Index 20+ op IEXFonds 40 moest melden, kon ik nog wijzen op het, in absolute zin, positieve resultaat. Helaas is dat dit keer ook niet aan de orde. Index 20+ heeft over het eerste kwartaal 2018 een negatief score behaald van -3,14%. Op zich al geen fijne vaststelling, maar de echte pijn zit in het feit dat IEXFonds 40 het met een negatief rendement van -2,04% beter heeft gedaan. En om het nog erger te maken, sinds de start van de battle in 2012 heeft IEXFonds 40 per eind maart van dit jaar 0,78% beter gepresteerd dan Index 20+. Is er dan helemaal geen lichtpuntje meer voor mijn passieve index. Dat is er wel, maar dan moet ik iets verder kijken dan het eerste kwartaal van dit jaar. Tot en met 16 april 2018 is het totale verschil teruggelopen van 0,78% naar 0,24%. Ijzersterk team Dat betekent dat de maand april duidelijk beter voor de passieve index is verlopen. Hopelijk zien we dat in een volgend verslag in versterkte mate terug… Nu richt ik mij weer op het eerste kwartaal van 2018. Laat ik beginnen met te stellen dat de achterstand van Index 20+ op IEXFonds 40 uiteraard helemaal geen drama is. Het is eerder een groot compliment naar de samensteller van IEXFonds 40, die in 2017 en nu ook in het eerste kwartaal van 2018 een klaarblijkelijk ijzersterk team van actieve fondsen heeft geformeerd. De outperformance van IEXFonds 40 over Index 20+ is niet zozeer het bewijs dat actief in zijn algemeenheid beter presteert dan passief. Het geeft meer aan dat een selectie van actieve fondsen op basis van slimme criteria wel tot een toegevoegde waarde van actieve beleggingsfondsen kan leiden. Winning mood Een tweede opmerking die moet worden gemaakt, is dat het sterke actieve optreden van de laatste tijd past in de trend. In 2017, en mogelijk ook in de eerste maanden van dit jaar, presteren actieve fondsen relatief beter. Kijk bijvoorbeeld naar de SPIVA-onderzoeken, waarin de prestaties van actieve fondsen ten opzichte van de index worden onderzocht. Over de afgelopen vijf jaar scoorden 84% van de fondsen gericht op Amerikaanse aandelen slechter dan de index. Maar over 2017 lag dat percentage op slechts 63%. De winning mood van actief blijkt al helemaal als het om de aandelenfondsen gaat die gericht zijn op Europa. Over de afgelopen vijf jaar deed 73% van de fondsen het slechter dan de index, maar in 2017 was dat percentage gedaald naar 47%. Ofwel, de meeste actieve fondsen deden het beter dan de index. Negen passieve outperformers De vraag is of er sprake is van een tijdelijke situatie, bijvoorbeeld veroorzaakt door specifieke marktomstandigheden, dat actief beter presteert. Het is ook mogelijk dat actieve fondsen zonder toegevoegde waarde aan het verdwijnen zijn en de resterende fondsen veel beter hun best doen toegevoegde waarde te realiseren. Als dit laatste het geval is, heeft de opkomst van de passieve fondsen een zeer heilzame werking gehad op het aanbod en de prestaties van actieve fondsen. De tijd zal leren of deze conclusie gerechtvaardigd is. Laat ik de meest opvallende verschillen in prestaties van de actieve en passieve fondsen belichten. Van de twintig thema’s waaruit IEX Fonds40 en Index20+ zijn opgebouwd, blijken er over het eerste kwartaal elf actieve en negen passieve outperformers te zijn. De twee relatief best presterende actieve thema’s zijn aandelen VS en aandelen Nederland. Nederlandse actieve fondsen beter De aandelen uit de VS scoorden maar liefst 5,55% beter dan de twee passieve ETF’s op de Nasdaq-100 (Amundi) en de S&P500 index (BNP Paribas). De Vanguard US Opportunities en Morgan Stanley US Growth zijn samen verantwoordelijk voor het goede resultaat met rendementen van respectievelijk 4,33% en 4,30%. De twee passieve fondsen moesten een negatief resultaat van gemiddeld minus 1,24% accepteren. Ook de op Nederlandse aandelen gerichte actieve fondsen behaalden een mooi relatief resultaat, maar dat succes moet op naam van één fonds worden geschreven: Teslin Participaties, met een plus van +2,05%. Ook vorig jaar zorgde dit fonds al voor een dikke outperformance. Het andere actieve fonds, Kempen Orange Fund, moest 2,76% prijsgeven, maar dat was nog altijd beter dan het gemiddelde van -4,73% voor de AEX en AMX, gevolgd via de Think ETF’s. Nooit meer dan 2% Gemiddeld versloegen de twee actieve fondsen de passieve ETF’s met 4,38%. Ook wereldwijd vastgoed was het eerste kwartaal beter af bij de actieve managers. Maar tevreden zullen deze beheerders niet zijn, want gemiddeld was er een negatief rendement van -4,31% voor de fondsen van Janus Henderson en Nordea 1. De Think Global Real Estate ETF echter, moest met -6,85% nog meer terrein prijsgeven. Aandelen wereldwijd behaalden eveneens gemiddeld een meer dan 2% beter resultaat, in dit geval ten opzichte van de bekende passieve MSCI World Index (via de iShares ETF). Die outperformance was uitsluitend te danken aan het Morgan Stanley Global Opportunity fonds, dat +1,02% rendement behaalde waar de iShares ETF juist 3,65% liet liggen. Robeco deed afbreuk aan het actieve resultaat met een negatieve score van -4,05%, zodat actief de passieve tegenhanger gemiddeld met 2,15% de baas was. Natuurlijk scoorden bij de verschillende thema’s passief ook flink wat keer beter dan actief, maar het verschil was telkens minder pregnant dan bij de actieve outperformance. Geen enkele keer was de passieve outperformance meer dan 2%. Schone energie-ETF doet het beter Het relatief beste resultaat behaalde het thema aandelen schone energie. De iShares Global Clean Energy ETF moest weliswaar 0,57% prijsgeven, de twee actieve fondsen van Robeco SAM (-0,20%) en vooral Schröders (-3,71%) konden gemiddeld dat resultaat niet evenaren en bleven 1,38% achter. Ook Aziatische aandelen ex-Japan deden het met een passieve belegging (via de Lyxor ETF) beter (1,16%) dan de actieve fondsen van Schröder en Comgest. Waarbij het negatieve resultaat van -3,15% natuurlijk toch niet tot passieve tevredenheid leidt. Tot slot meld ik nog de betere prestatie van de high yield-obligaties met de betreffende iShares ETF. Ook hiervoor geldt weer een negatief resultaat (-2,31%), maar dat was wel 1,13% beter dan de actieve fondsen van AllianceBernstein en T. Rowe Price. Rollen omdraaien Opvallend is dat bij de standaardthema’s als aandelen VS en aandelen Nederland de actieve fondsen relatief beter presteerden, terwijl bij de in beleggingsoptiek lastiger thema’s als aandelen schone energie en high yield-obligaties, passief beter presteerde. U zou juist andersom verwachten. Maar ja, dat dacht ik ook als het om het totale resultaat van passief ten opzichte van actief gaat. Ik ga er vanuit dat bij het volgende overzicht de rollen weer zijn omgedraaid. Marcel Tak is zelfstandig beleggingsadviseur en oprichter/beheerder van het Bufferfund. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Impactbeleggen 30 jan JSS Green Planet Fund: Kansrijk beleggen in een groene toekomst Beleggen in de toekomst is volgens S. Safra Sarasin beleggen in de groene transitie. Lees meer over het JSS Sustainable Equity Green Planet Fund, dat in de laatste drie jaar niet alleen hard is gegroeid maar ook sterk heeft gepresteerd.
ESG 17 jan ESG is dood, lang leve ESG 2.0! Matt Christensen, hoofd duurzaam en impact beleggen bij Allianz Global Investors, schetst de vijf belangrijkste duurzaamheidsthema's van 2024. Politieke verdeeldheid dreigt het grootste struikelblok te worden.
ESG 01 nov Biodiversiteitsverlies, het megarisico dat slechts enkelen zien Het verlies van biodiversiteit is volgens De Nederlandsche Bank (DNB) een groot risico voor de financiële stabiliteit. Cardano heeft een methode ontwikkeld om dit verlies te meten en zo de beleggingsrisico’s in kaart te brengen. IEXProfs sprak met Dennis van der Putten, Chief Sustainability Officer bij Cardano.
Impactbeleggen 24 jul “Impactbeleggen is pionieren” Als hoofd Private Markets & LDI leidt Rik Klerkx de inspanningen van Cardano om voor z’n klanten, veelal middelgrote pensioenfondsen, een positieve impact en een gezond rendement te boeken. “Hun duidelijke wens is om meer te doen met impactbeleggingen. Wij komen hen tegemoet met maatoplossingen.”
Impactbeleggen 28 jun PE en impactbeleggen vormen een goede combi Private equity heeft volgens Achmea IM veel te bieden aan beleggers die naast een mooi rendement een positieve bijdrage willen leveren aan een betere wereld.
Impactbeleggen 26 jun ”De financiële sector heeft een rol te spelen” Hadewych Kuiper van Triodos Investment Management over de betekenis en het belang van impactbeleggen. “Het is een hardnekkige mythe dat impactbeleggen ten koste zou gaan van rendement.” Dit is de eerste aflevering van een serie interviews over de zin van impactbeleggen.