Het oog wil ook wat Gezocht: knappe CEO (m/v). Uit nieuw onderzoek blijkt dat een knappe CEO gunstig is voor bedrijf en aandeelhouders. 25 februari 2014 16:00 • Door Jeroen Blokland Activistische beleggers zijn vaak een luis in de pels van CEO’s. Neem onze vriend Carl Icahn die menig bestuurder van Yahoo, Dell en recentelijk ook Apple de stuipen op het lijf heeft gejaagd over het gevoerde beleid. Er wordt niet genoeg geïnvesteerd, of juist te veel. Er wordt teveel geleend, of juist te weinig. En er wordt altijd te weinig aan de aandeelhouders uitgekeerd. Het is nooit goed. En dit gaat dus alleen nog maar over het gevoerde beleid. Als diezelfde activistische aandeelhouders deze column lezen, mogen CEO’s binnenkort ook nog eens bovengemiddelde aandacht voor hun uiterlijk verwachten. Ik hoor u denken? Bedoelt hij nu echt dat beleggers als Icahn iets moeten vinden van hoe een CEO er uit ziet? Nou ja, eigenlijk wel. Als de situatie het toelaat, zouden bedrijven mensen als Angelina Jolie en Brad Pitt als hun roerganger moeten aanstellen. En aandeelhouderactivisten zouden unaniem vóór moeten stemmen. Het is al vaak onderzocht én bewezen; aantrekkelijke mensen hebben gemiddeld genomen een hoger salaris, worden aardiger gevonden en krijgen eerder die felbegeerde baan. Dat is natuurlijk allemaal hartstikke leuk als je ‘aantrekkelijk’ bent, maar het gros van de bevolking kan er niets mee. Nou ja, dat zou je denken, maar het is niet helemaal waar. Wanneer het bedrijf waarin je belegt een aantrekkelijke CEO aanstelt, is dat ook waardevol voor de aandeelhouders (ongeacht hoe die er verder uitzien natuurlijk). Onlangs verscheen een wetenschappelijk onderzoek van de heren Halford & Hsu (2013) van de Universiteit of Winsconsin Milwaukee met de pakkende titel ‘Beauty is Wealth’. Daarin concludeerden zij dat aantrekkelijke CEO’s een positief effect hebben op de waarde van het bedrijf waar ze werkzaam zijn. Met andere woorden aantrekkelijke CEO’s zorgen voor meer waarde voor aandeelhouders. 677 CEO’sHoe komen Halford & Hsu nu tot die conclusie? Om te beginnen brachten ze de aantrekkelijkheid van 677 CEO’s in kaart aan de hand van de Facial Attractiveness Index (FAI). Dat vraagt om uitleg. Door de jaren heen zijn er honderden, zo niet duizenden, onderzoeken verschenen over wat iemand nu aantrekkelijk maakt. Uit die onderzoeken volgt vrijwel altijd dat bepaalde gezichtsverhoudingen bepalend zijn voor wat ‘wij’ aantrekkelijk noemen. Bijvoorbeeld de afstand tussen de ogen, de vorm van de mond, enzovoort, enzovoort. De website Anaface heeft de belangrijkste resultaten van die onderzoeken verwerkt in een stukje software. Op basis van een foto en de achterliggende literatuur over wat iemand aantrekkelijk maakt, bepaalt de website voor elk gezicht een FAI, een aantrekkelijkheidsindex. Halford & Tsu gebruiken deze software om de aantrekkelijkheid van de 677 CEO’s in hun database vast te stellen. Voor alle duidelijkheid, met een goede foto is het zelf ook heel eenvoudig om op deze website de FAI te bepalen. Leuk voor de discussie thuis. Met een goede maatstaf van aantrekkelijkheid in hun achterzak kunnen Halford & Hsu toetsen of de aantrekkelijkheid van een CEO positief samenhangt met de waarde van het bedrijf dat ze besturen. Ze doen dit aan de hand van een aantal hypotheses. In de eerste plaats zou het positieve effect van een aantrekkelijke CEO meetbaar moeten zijn vanaf dat de dag dat hij of zij begint aan de nieuwe job. Een tweede hypothese is dat aantrekkelijke CEO’s meer waarde creëren wanneer het bedrijf fuseert of wordt overgenomen. En een derde, logische, hypothese is dat aantrekkelijke CEO’s waarde creëren door op TV, lees in beeld, te komen. OnderhandelaarsIk loop de uitkomsten door. Om vast te stellen of een CEO al belangrijk is voor aandeelhouders vanaf het moment dat hij voor de eerste keer binnenloopt, bekijken Halford & Hsu het abnormale rendement van een bedrijf in de periode rondom de eerste werkdag op kantoor. Met abnormaal rendement wordt bedoeld het verschil in rendement ten opzichte van de (relevante) index. Wat blijkt? De relatie tussen de FAI en het abnormale rendement rondom de startdag van de CEO is positief. Met andere woorden een aantrekkelijke CEO zorgt bij binnenkomst al voor een hoger rendement op de beurs. De eerste hypothese blijft dus overeind. Hoe zit dat bij overnames? Eén van de uitkomsten uit eerdere literatuur is dat aantrekkelijke mensen betere resultaten behalen bij het onderhandelen. Vandaar de logische test om te bekijken of aantrekkelijke CEO’s betere deals (wat dat zijn het tenslotte) uit het vuur weten te slepen bij een fusie en/of overname. En dat is het geval. De premie die aantrekkelijke CEO’s bij fusie of overname weten te bewerkstelligen, ligt significant hoger dan de gemiddelde premie die wordt betaald. Ook hypothese twee blijft overeind. In beeldTot slot bekijken Halford & Tsu de zogenaamde ‘visibility-hypothese’. Juist wanneer aantrekkelijke CEO’s in beeld komen, letterlijk, zou je een positief effect op de waarde van het bedrijf verwachten. Na een flink aantal ‘popcornavonden’, kijkend naar filmpjes van CEO’s op CNBC, Bloomberg, CNN, enzovoort, vinden ze een positief verband tussen de FAI en abnormale aandelenrendementen. Op dagen dat aantrekkelijke CEO’s op tv komen, presteren hun bedrijven significant beter dan de beurs. Om vast te stellen dat het daadwerkelijk om hun verschijning in beeld gaat, bekijken ze ook het abnormale rendement rondom geschreven nieuwsartikelen. Hieruit volgt geen significant verband, wat onderstreept dat de aantrekkelijke CEO ook echt in beeld moet komen om waarde te creëren. En dus kan ook hypothese drie niet worden verworpen. Conclusie; een aantrekkelijke CEO, gemeten aan de hand van de Facial Attractiveness Index, is waardevol voor een bedrijf en haar aandeelhouders. Aandelenactivisten doen er dus goed aan om ook een foto op te vragen van de dame of heer tegen wiens beleid ze in opstand komen. Ik vraag me ineens af of dit misschien de reden is waarom Steve Ballmer is ‘vertrokken’ bij Microsoft… Halford, Joseph Taylor and Hsu, Scott H. C., Beauty is Wealth: CEO Appearance and Shareholder Value (November 20, 2013). Available at SSRN Jeroen Blokland is sinds 2009 portefeuillemanager binnen het Robeco Global Allocation-team. Hij is fondsmanager van de Robeco ONE and Multi Asset fondsen. Deel via:
Assetallocatie 22 apr Janus Henderson kiest voor cyclisch Europa Janus Henderson Investors kiest voor smallcaps en Europese aandelen. Volgens de Brits-Amerikaanse vermogensbeheerder houden beleggers te weinig rekening met een groeivertraging in de VS veroorzaakt door een langer hoog blijvende rente.
Opinie 18 apr Yes! Wereldwijde groei versnelt In 2023 presteerde de Amerikaanse economie beter dan de meeste andere regio's in de wereld. Ook in 2024 gaat het de VS voor de wind, waarbij Grace Peters van J.P. Morgan Private Bank verwacht dat de economische groei in de rest van de wereld nu ook in een hogere versnelling gaat.
Assetallocatie 18 apr Van Lanschot Kempen koopt niet langer Japanse aandelen Van Lanschot Kempen is afgestapt van zijn overwogen-positie in Japanse aandelen. De bedrijfswinsten ontwikkelen zich nog steeds goed, maar de waarderingen beginnen flink op te lopen.
Assetallocatie 17 apr Cashberg langs de lijn gaat nergens naartoe Gerben Lagerwaard van State Street Global Advisors gelooft er niets van dat de gigantische hoeveelheid geld die nu in geldmarktfondsen is geparkeerd binnen afzienbare tijd naar de aandelenmarkt wordt gealloceerd.
Assetallocatie 16 apr "Impact aanval van Iran op financiële markten is beperkt" "De directe actie van Iran tegen Israël dit weekend heeft geleid tot de vrees voor verdere escalatie, maar bij afwezigheid van een volledige crisis in de regio - wat niet ons basisscenario is - denken we dat de impact op de financiële markten beperkt zal blijven." Dat schrijft Greg Hirt van Allianz Global Investors.
Assetallocatie 16 apr Amundi positiever over komende 10 jaar, negatiever over 25 jaar Amundi AM is sceptischer geworden over snelle maatregelen tegen het opwarmen van de aarde. De eerste 10 jaar is dat nog gunstig voor beleggers. Daarna wordt de rekening betaald.