Recensie: Kempen Europese smallcapnote Kempen komt met een nieuwe Europese smallcapindexnote. Leuk, want die was er nog niet. Let wel op het valutarisico. 26 augustus 2014 11:40 • Door Marcel Tak Recensie: Index Garantie Note Europe Smallcaps augustus 2014-2020 Aanbieder: Kempen & Co Uitgever: Van Lanschot (S&P rating: BBB+) Looptijd: 6 jaar Onderliggend: STOXX Europe Small 200 Index Hoofdsomgarantie: 100% Inschrijving: geen inschrijving, maar directe notering ISIN code: NL0010733622 Doelstelling Met 100% hoofdsomgarantie van Van Lanschot profiteren van een mogelijk goede prestatie van de onderliggende Stoxx Europe Small 200 Index. Onderliggende waarde De onderliggende Stoxx index bestaat uit 200 Europese ondernemingen die zijn geselecteerd uit de Stoxx Europe 600 Size Index. Uiteraard is het belangrijkste selectiecriterium de marktkapitalisatie, waarbij in principe de 200 kleinste ondernemingen in de index worden opgenomen. Daarnaast spelen regionale en sectorale spreiding een rol bij de selectie. De index ziet er als volgt uit: Regionaal Sectoraal Verenigd Koninkrijk 34% Financiële diensten 26% Frankrijk 11% Industrie en dienstverlening 17% Duitsland 9% Vastgoed 7% Italië 6% Media 6% Zwitserland 6% Gezondheidszorg 5% Zweden 6% Olie en gas 5% Nederland 5% Voeding en drank 4% Spanje 5% Vrije tijd 4% Denemarken 4% Diversen 26% Noorwegen 3% Diversen 10% Meer dan de helft van de index bestaat uit niet-euro genoteerde ondernemingen, met name uit het Verenigd Koninkrijk. Met betrekking tot de sectorindeling is de 26% voor de financiële dienstverlening opvallend hoog. De 26% aan diversen duidt er op dat activiteiten van veel van de betreffende ondernemingen moeilijk onder de belangrijkste hoofdcategorieën zijn onder te brengen. De index wordt driemaandelijks herzien op basis van de gehanteerde criteria. De verwachte koerswinst verhouding van de index is circa 18, terwijl het dividendrendement over de afgelopen 12 maanden gelijk is aan 2,4% Werking De note heeft een looptijd van zes jaar (aflossing 14 augustus 2020) en heeft een 100% hoofdsomgarantie. Op de einddatum keert de note minimaal 100% van de hoofdsom uit. Daarnaast is er een 100% participatie in de berekende koersstijging van de index ten opzichte van de startwaarde, die werd vastgesteld op 13 augustus. De startwaarde is gelijk aan 220,02. De eindwaarde is het gemiddelde van de slotstand in het laatste jaar van de looptijd, waarbij maandelijks de indexwaarde wordt vastgesteld. Tussentijds is er geen dividend of rente uitkering. Voorbeelden bij aankoopkoers van 100%: Indexmutatie* Aflossing Rendement per jaar -50% 100% (garantie) 0,0% 0% 100% (100% participatie 0,0% +10% 100% (100% participatie 1,6% +35% 100% (100% participatie 5,1% +60% 100% (100% participatie 8,2% * berekende mutatie kan door middeling afwijken van de eindwaarde van de index Sterke punten Volledige hoofdsomgarantie van Van Lanschot. Volledige participatie in berekende koersstijging. Zwakke punten Geen dividend (geschat dividend rond 2,4% jaarbasis). Middeling in laatste jaar vermindert de effectieve blootstelling van de note aan de index met 0,5 jaar tot 5,5 jaar. Rendementvergelijking met onderliggende waarde(n) Door het gemis aan dividend en de middeling in het laatste jaar, zal in een positief scenario dit certificaat (waarschijnlijk) achterblijven bij de prestatie van de onderliggende index. Stel de Europe Small 200 Index stijgt gedurende de looptijd met 5% per jaar en het gemiddeld dividendrendement is 2,4%. De belegger die rechtstreeks participeert in de index behaalt dan een rendement van 7,4% op jaarbasis. Het certificaat zal in deze situatie aflossen op 130,8% (rekening houdend met de middeling). Het rendement is dan 4,5% op jaarbasis. Vergelijken we dit certificaat met een gelijkwaardige (Van Lanschot) obligatie met vaste rente, dan zien we het rendement op circa 2,5%. Om dat rendement op deze note te evenaren, moet de index, rekening houdend met middeling, gemiddeld met 2,7% per jaar stijgen. Voor wie De note is vooral gericht op obligatiebeleggers die op basis van een mogelijk goede prestatie van de onderliggende Small 200 Index, een beter rendement willen behalen dan het rendement van 2,5% dat voor een vergelijkbare reguliere obligatie met vaste couponrente geldt. Brochure en overige informatie De brochure is op zichzelf zeer goed als het gaat om de uitleg van de werking van de note. Maar ik mis een belangrijk element, specifiek aangaande de onderliggende index. Omdat een groot deel van de index uit niet-euro bedrijven bestaat, loopt de belegger een flink valutarisico op de index, ondanks de notering in euro. Dat had in de brochure (of beter, in het bijbehorende inlegvel), uitgelegd behoren te worden. Verhandelbaarheid en vervolginformatie Het certificaat krijgt een Euronext beursnotering en is dagelijks verhandelbaar. Kempen & Co maakt, onder normale omstandigheden, een markt met een bied-laat spread van 1%. Vervolginformatie, waaronder kwartaalrapportages, wordt gegeven op de site van Kempen & Co. Opmerkingen en conclusie Deze Index Garantie Note op de Small Europe 200 index is eenvoudig van structuur. De originaliteit zit in de onderliggende index die bij mijn weten nog niet eerder in een garantienote is uitgebracht. De index van 200 kleinere bedrijven is weer eens wat anders dan de standaard Eurostoxx 50 of S&P500. Bovendien heeft de note extra toegevoegde waarde omdat een belegging in kleinere ondernemingen toch als meer risicovol kan worden gezien dan in de grote benchmark indices. Via deze garantienote kunnen risicomijdende beleggers op een simpele manier profiteren als in hun visie de kleinere bedrijven de komende jaren de beste rendementskansen hebben. Beleggers moeten wel rekening houden met het valutarisico. Een groot deel van de index (meer dan 50%) bestaat uit niet-euro genoteerde ondernemingen. De index zelf luidt in euro. Dat betekent dat valutaveranderingen ten opzichte van de euro direct doorwerken in de (euro)waarde van de index. Het grootste valutarisico is op het Britse pond. Bij gestructureerde producten moet de belegger altijd goed die valutarisico beoordelen. Zo heeft een note die de Amerikaanse dollargenoteerde S&P 500 volgt doorgaans geen valutarisico. Maar deze euro-gedenomineerde index brengt voor beleggers juist wel een flink valutarisico met zich mee. De munt waarin de index is genoteerd zegt derhalve nog niets over dat valutarisico. Tot slot moet de geïnteresseerde belegger goed bekijken wat de actuele stand van de index is in relatie tot de prijs van de note. Er is geen inschrijfperiode, maar de note is per direct verhandelbaar tegen uiteraard wisselende prijzen, afhankelijk van de indexstand. Momenteel staat de index op 224 punten, een stijging van 1% ten opzichte van de startwaarde. De (laat)koers van de note is bij deze indexstand momenteel 100,8%. Cijfer Benchmark Weging A. Rendementsperspectief 8 6,9 60% B. Transparantie 6 8,2 20% C. Originaliteit 10 7,3 5% D. Vervolginformatie en nazorg 9 8,2 15% Totaal 7,9 7,4 100% Mijn eindcijfer zegt niets over het uiteindelijke rendement dat u met dit product behaalt, want dat bepaalt de markt. De beoordeling zegt wel alles over hoe het product kwalitatief in elkaar steekt en of de marketing en nazorg zorgvuldig zijn. A. RendementsperspectiefHet te behalen rendement moet in relatie staan tot de risico's. Het product moet een zo duidelijk mogelijk rendementsdoel hebben. Het rendementsperspectief moet passen bij de markt waarin wordt belegd. B. TransparantieDe kansen, maar ook de risico's moeten duidelijk zijn. De informatie (website, brochure of servicenummer) moeten duidelijk maken hoe en hoeveel rendement te behalen is en welke risico's er zijn onder welke omstandigheden. De kosten van het product moeten vermeld zijn. C. OriginaliteitWat is de toegevoegde waarde? Is de financiële constructie zelf na te bootsen? Bovendien speelt een rol of er al soortgelijke, alternatieve producten op de markt zijn. D. Vervolginformatie en nazorgHoe is de vervolginformatie na uitgifte? Wordt regelmatig een overzicht gegeven van de prestaties van het product en is er informatie over het verloop van de onderliggende waarde. Zegt de brochure hier iets over? Marcel Tak is zelfstandig beleggingsadviseur en oprichter/beheerder van het Bufferfund. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. Deel via:
Assetallocatie 08:00 De succesvolle terugkeer van de 60/40-portefeuille Ewout van Schaick van het multi-asset-team van Goldman Sachs AM heeft grote verwachtingen van portefeuilles die bestaan uit 60% aandelen en 40% obligaties. Zowel voor aandelen als obligaties zijn de vooruitzichten zonnig. Mochten markten desondanks corrigeren, dan biedt de 60/40-portefeuille de spreidingsvoordelen om de klap te verzachten.
Assetallocatie 27 mrt Cash is meer king dan ooit In Europa kan een belegger dit jaar met een mix van cash en kortlopende leningen bruto tussen de 3% en 4% verdienen. Waarom dan nog risico's nemen met obligaties en aandelen, zo vraagt Alain Richier van Ostrum Asset Management zich af.
Assetallocatie 25 mrt Rabobank surft mee op recordgolf Rabobank heeft geen last van hoogtevrees. Aandelen blijven favoriet boven obligaties. De bank ziet zich gesteund door de hoge winstgroei en de historie: records komen immers zelden alleen.
Assetallocatie 21 mrt Geef uw portefeuille een boost! Yvo van der Pol, hoofd Benelux & Nordics bij PGIM Investments, is bijzonder gecharmeerd van de meer risicovolle obligaties, aandelen met sterke groeimogelijkheden en datacenters.
Assetallocatie 21 mrt U zoekt een sterk presterend mixfonds? Het is volgens Thomas de Fauw van Morningstar essentieel voor beleggers om de strategie, het proces en de beloften van fondsmanagers van mixfondsen te doorgronden.
Assetallocatie 20 mrt “Dit is een positief verhaal” Karen Ward, hoofd beleggingsstrategie EMEA bij JP Morgan AM, ziet dit jaar zonnig in, voor de Europese economie en voor Europese aandelen in het bijzonder. Ook China zou wel eens positief kunnen verrassen. Komen deze optimistische verwachtingen niet uit, dan houden obligaties en private beleggingen het portefeuillescheepje wel recht.